712 Het aantal exemplaren, dat van het bevel vervaardigd moet worden maakt twee maal tikken noodig (een vermenigvuldigingsapparaat is voor een Bat. Co te omvangrijk om mee te voeren, en zal ook, indien het bataljon niet zooals thans min of meer zelfstandig optreedt, zelden noodig blijken) de verzendlijst moet dus vóór het tikken van het bevel vastgesteld zijn, zoodat de schrijver elke bladzijde die gereed komt, dadelijk voor de tweede maal kan tikken anders geeft zijn vooruitwerken tijdens het ontwerpen van het bevel door den luitenant-adjudant niet de tijdsbesparing, die moge lijk is. De keuze van het papierdun en toch sterk, zoodat een groot aantal doorslagen mogelijk is dat in lagere Staven en Commando's, welke niet over een vermenigvuldigingsapparaat kunnen beschikken, gebruikt moet worden, is dus van belang voor de bevelvoering. Van het tot stand konienen der verbindingen wordt door den luitenant adjudant aanteekening gehouden voor het Dagboek. Aangezien het de vraag is, of het bericht van de in het voorpostenbevel, aangewezen verstrekkingsplaats de oprijdende auto's nog tijdig zal bereiken, wordt de verplegingsofficier er aan herinnerd deze auto's te doen „op vangen" hij zal zich hiertoe verstaan met den C. vp. res., zoodat de post aan den W. uitgang van PATROL 2 aanwijzingen kan krijgen, en hem tijdig kan doen waarschuwen (A. T. V. 64(2)) overigens zal ook de C. dezer auto's van zijn kant z.s.m. het contact met den VoorpostenC. op nemen. Voor het VoorpostenCo is nu evenwel nog geen rust aangebroken. Ma joor B. bezoekt het kantonnement van de vp. res. en de treinen, gaat de legering en daartoe getroffen voorbereidingen na. Wanneer de luit.-adj. zijn commandant hierbij niet moet vergezellen, heeft hij gelegenheid de interne regelingen op den C. P. nader te preciseeren en te cotroleeren ook de werking van den dienst op den Verbind. P. (A. V. D. Vil) en de ver richtingen van de Verbind, br. hebben zijn aandacht. V.z.v. C. pel. M. niet in beslag is genomen door de zorg voor zijn onderdeel (opvoer eten regelen), wordt hij belast met het bijhouden van het Dagboek. Wanneer de Wr. met achterlating van een sterke patrouille aan den marschweg bij de voorposten zijn aangekomen, laat Majoor B. het „avondbericht" aan den Det. C. uitgaan hij vergeet niet, daarin het noodige te doen opnemen omtrent den toestand van den troep (vermoeidheid, ver pleging, stemming, moreel vlg. A. T. V. VII), welke hij ook uit eigen aan schouwing kent. Als om 7.30 n.m. de B. Tn binnenkomen, kan gegeten worden, en richten de oppassers het nachtkwartier van het VoorpostenCo verder in of C. pel. M. dien nacht nog iets zal zien van zijn bagage, zal afhangen van de maatregelen terzake van zijn cie. C. Bij de inkomende veldpost zijn wellicht stukken, waarover de luit.-adj., aanwijzigingen moet geven aan den schrijver, met het oog op het voor bereiden van dagelijksche orders, waarvoor bij voorkeur een rustdag zal worden gekozen. Ook dit schrijfwerk eindigt in oorlogstijd niet De VoorpostenC. verwacht nu elk oogenblik het Det. bevel voor den af- marsch op den volgenden dag indien niet strikt noodig, zal hij z ij n bevel voor den afmarsch niet meer in den avond van 2-l-'31 uitgeven zoodra hij hierover kan beslissen, zal dit aan de ondercommandanten worden medegedeeld, zoodat deze de noodige rust kunnen genieten. Het is duidelijk, dat het Bat. Co-vooral indien het bataljon nog hulp wapens krijgt toegevoegd en eenigszins zelfstandig moet optreden geen sinecure is. De indeeling en het gebruik van de mitrailleurs heeft hier nog de gelukkige omstandigheid opgeleverd, dat C. pel. M. geruimen tijd in het VoorpostenCo werkzaam kan zijn. Overigens zou voor het goed function- neeren van den dienst in het Co van een zelfstandig bataljon een officier

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 64