De vredesorganisatie van een divisie is
staf; 2 infanterie brigades (a 2 regimenten a 3 bataljons en een mitrailleur-
•compagnie; de bataljons hebben 3 compagnieën, in oorlogstijd 4. De mitrail
leurcompagnie bestaat uit 4 mitr. en een afd. 37 mm. infanterie-geschut en
mortieren. De infanterie-compagnie telt 3 pelotons a 6 secties, waarvan nos.
5 en 6 lichte-mitrailleursecties. De compagnie telt in vredestijd 4 officieren
140 man. Per regiment een verbindingspeloton); 1 regiment veldartillerie;
1 regiment cavalerie1 bataljon genietroepen1 divisie-trein-bataljon.
De veldartillerie heeft per regiment 3 bataljons van 2 batterijen van 4 stuk
ken of 24 stukken per divisie. Kaliber 7,5 cm. De vuurmond is in Japan
gemaakt naar Krupp-model. Maximum dracht 9300 yards.
Het cavalerie-regiment telt staf en twee eskadrons.
La Revue d'infanterie. No. 461. Februari 1931. Onder „les infanteries
•étrangères" wordt thans besproken „L'infanterie britannique" door comman
dant Cuny. Als merkwaardigheid zij vermeld dat een bataljon Eng. inf van
791 man jaarlijks kost 13.615.200 irancs, d.w.z. gemiddeld 17.225 francs per
man.
De soldij van een soldaat varieert van 4.588 fr. tot 5.704 fr.
De Engelsche infanterie telt 68 regimenten (136 bata jon en 63 depots) nl.:
de garde: 10 bataljons (5 regimenten1 depot);
infanterie: 126 bataljons (63 regimenten). Het regiment is slechts een his
torische eenheid en door het depot ook een administratieve. Door traditie
heeft het zeker moreele waarde. 67 bataljons zijn in Engeland; 69 bataljons
in de overzeesche gewesten.
Een garde-bataljon telt 711 man, waarvan 28 officieren. Een bataljon in
Engeland: 791 man, waarvan 28 officieren. Een bataljon buiten Engeland:
881 man, waarvan 28 officieren.
Het bataljon telt een staf-compagnie (groep I: staf bataljon verbindings-
afdeeling; groep II: tankafweer; groep 111: transport en diensten; groep IV:
72 muzikanten enz.); 3 infanterie compagnieën en 1 mitr. compagnie (16 mi
trailleurs) (Totaal 26 geweer-mitrailleurs, 16 zware mitrailleurs 4 4 tankafweer-
wapens).
De sectie („platoon") heeft een commando-groep, twee geweergroepen
van 1 cdt. en 6 man en 2 geweermitrailleurgroepen van 1 cdt. en 6 man.
De compagnie heeft een staf (commandant is de majoor, een kapitein is
toegevoegd) en 4 secties.
De mitrailleur-compagnie heeft een staf (waarin 2 kapiteins), 3 secties van
4 mitrailleurs (in oorlogstijd 4 secties) welke zich kunnen verdeelen in 2
half-secties van stukken (vuureenheid).
Groep I van de stafcompagnie van het bataljon heeft een luitenant-kolonel,
1 majoor, 1 adjudant, 1 verbindingsoff cier, 5 onderofficieren en 35 man.
De infanterie-Brigade heeft een staf en 4 batajons. Commandant is een
kolonel (brigadier). De staf heeft 9 officieren en 39 man.
De divisie (3 brigades van 4 bataljons) telt totaal 312 geweer-mitrailleurs,
192 mitrailleurs; 6444 geweren; 1500 pistolen.
De divisie-artillerie bestaat uit
1 afdeelii.g van 3 batterijen van 4 stukken 94 mm. houwitsers (projectiel van
9 kg tot op 4000 a 5000 m); is begeleidende artillerie;
3 afdeelingen elk bestaande uit 3 batterijen van 4 stukken 83 mm. veld en
1 batterij houwitsers van 114,3 mm. Totaal per divisie 60 stukken.
Bulletin beige des sciences militaires. No. 2 Februari 1931 ,,A propos
de la celluie élémentaire de combat dans l'armée allemande". Naar aanleiding van
het feit dat de „groupe de combat" dezelfde is als in 1918, vraagt de schr. „Moet
hare tegenwoordige samenstelling als onveranderlijk worden beschouwd
In Frankrijk en België is de groep gemengd, d.w.z. samengesteld uit stoot-
en vuurkracht. In Duitschland en ook in Rusland en Italië is de vuurkracht
van de stootkracht gescheiden en ondergebracht in afzonderlijke groepen.
Daarop is in de Duitsche literatuur, o. a. van 1930 critiek uitgeoefend. Eenige
van die uitspraken worden aangehaald, speciaal betreffende het optreden tijdens
838