100 m. en voor G. K.-vuur niet grooter dan 200 m. gesteld. De diepte der aan een batterij aan te wijzen strook zal zelden 500 m. mogen overschrijden. De cavalerie. Het gebruik der cavalerie bij de verdediging zal zich bepalen totb e v e i 1 i g i n g, en verkenning. Vermoedelijk zullen wij hiervoor in verband met de opvatting over ons verdedigend optreden wel niet meer dan 1 a 2 eskadrons ter beschikking hebben. De opdrachten welke aan de cavalerie in het algemeen kunnen worden gegeven, n. 1. beveiligen of verkennen, zijn in wezen eigenlijk weinig verschillend. Wanneer men beveiligt moet noodzakelijk ook verkend worden en verkenning beteekent immers indirect beveiliging. Nu voelt men wel dat het wezenlijke verschil zit in den afstand waarop de afdeeling wordt uitgezonden. In verband met hare geringe sterkte, waarbij van verkenning los van het geheel weinig of niets wordt verwacht, is voor onze Indische cavalerie als hoofdtaak weggelegd beveiligenBij deze taak is, zooals hierboven reeds principieel werd aangenomen, de mogelijkheid tot verkenning, zij het dan op zeer bescheiden schaal en uitgaande van de beveiligende troep, opengebleven. De beveiliging door de cavalerie bij de verdediging kunnen wij ons dan als volgt denken. De breedte der te beveiligen strook hangt af van de sterkte der cavalerie en vooral van het terrein (wegennetgesteldheid van het terrein tusschen de wegen). Het gros zal zich bevinden op 6 a 7 k.m. voor de verdedigen de stelling en van daar uitstaande patrouilles zenden naar goede, liefst uitzicht gevende, punten op 2 a 3 k.m. vóór het gros. Voor directen steun van deze staande patrouilles kan het gros z.n. afdeelingen (pelotons) vooruitschuiven. Voor de verkenning zullen volgens het A.T.V. patrouilles kunnen worden uitgezonden ter sterkte van ten hoogste 2 peloton cavalerie. Tijdig moet het front worden vrij gemaakt. De cavalerie zal zich dan naar de haar toegewezen terrein- strook (een der vleugels) begeven, in goed aan het terrein aangepaste vormen. Ze zal daarbij gevaarlijke flankmarschen zoo veel mogelijk vermijden en zich naar 's vijands zijde door patrouilles beschermen. De qenie. Tegen het beginsel, dat elke troepensoort in het algemeen zelf alle technische werkzaamheden moet uitvoeren, noodig voor 740

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 10