„de regeling van den aan- en afvoer en dat de zorg voor de be
schikbaarstelling van de verplegingsbehoeften, waaronder z.n.
„de aanschaffing, het beheer van voorraden, het beheer en toezicht
„op verpl. inrichtingen, in haar geheel worde opgedragen aan den
„Etappenintendant, in nauwe samenwerking met den Hoofdinten-
„dant".
Aanvankelijk meende ik, dat hier sprake was van een „contra
dictio in terminus".
Oppervlakkig beschouwd toch zou men zeggen, dat om den
etappen dienst van aanschaffingen e.d. te ontlasten daarmede
dan toch niet de etappen intendant moet worden belast.
Later is mij echter gebleken, dat de schr. de Etappenintendant
als hoofd van de afdeeling „Intendance-dienst" van de E t a p -
pendirectie heeft gedacht naast en niet onder het
hoofd van den eveneens als afdeeling dezer directie optredende
etappendienst.
Ik wil het door schr. gepropageerde beginsel nog consequenter
doorvoeren en kan dit ook doen, omdat de werkingssfeer van den
door mij gedachte a.a.d. niet loopt van hoofdvoorraden
t o t operatiegebied (dus bij een actie in O. Java practisch het
geheele eiland) maar steeds slechts een onmiddellijk achter het
operatiegebied aansluitende strook van hoogstens 200 KM. diep
beslaat.
Waar in deze strook bovendien het economische bedrijfsleven
nog in hooge mate ontwricht zal zijn, zal het a. en a. gebied
slechts weinig kunnen opleveren.
Ik wil dan ook den a.a.d. dus ook het daarbij ingedeelde
Intendance-personeel volkomen ontlasten van het doen van aan
schaffingen.
Dit blijft evenals in vredestijd opgedragen aan de verschil
lende hoofden van wapens en diensten met hunne organen, zoo
als bijv. bij de Intendance de Gewestelijke Intendances' die der
halve ook in tijd van oorlog gehandhaafd dienen te blijven.
Ik ben er van overtuigd, dat deze meer logische - verdeeling
van ieders aandeel in het geheele complex van werkzaamheden,
verbonden aan de instandhouding van een geconcentreerde troe
penmacht, heilzaam zal werken en zeer zeker de geestelijke voor
bereiding van de in vredestijd aan te wijzen functionarissen ten
goede zal komen.
Voorts nog een enkel woord op het gebied van de n o m e n-
c 1 a t u u r.
Het woord etappe ware voortaan te vermijden, omdat het be
grip als zoodanig uit den tijd is en het woord thans wordt gebruikt
tot aanduiding van geheel andere begrippen.
Laat men dan ook in nieuwe voorschriften niet andermaal deze
fout maken en „zuiver Nederlandsche" termen bezigen voor de
876