Wij zouden dientengevolge als eisch willen zien stellen 6 treffers in 4 figuren, of wel met behoud van dezelfde eischen als het V. b. 1. de patrouille 5 man sterk maken. Ten slotte moge de opmerking gemaakt worden, dat de met het geweer bewapende recruten in het voordeel zijn boven de met de karabijn bewapenden, en zulks dank zij het betere bal- hstische vermogen van het geweer.2) Bij vergelijking der resul taten van het gevechtsschieten mag dit niet uit het oog worden verloren. Wellicht kan overwogen worden, om de verschillende atstanden, met uitzondering van den afstand van 50 m, te redu- ceeren tot resp. 175, 200 en 100 m. Pionieren. Hiermede zouden wij een aanvang laten nemen in de 2e perio de. De Javaan is doorgaans bekend met het bamboewerk, zoodat hem in dit opzicht niet veel valt bij te brengen. Meer aandacht zal besteed moeten worden aan het graven van schutterskuilen aanleggen van loopgraven, het maken, opruimen en overtrekken van hindernissen. In dit verband moge ook verwezen worden naar het bepaalde in R. I. punt 198. Wij citeeren hieruit: „Eveneens moet het maken en stuksnijden van ijzerdraadhin dernissen (heggen, cylinders, netten, strikken) worden beoefend In het snel en handig dekking nemen en in het maskeeren van zijn opstellingsplaats moet een ieder bedreven zijn." Verpleging. De Jayaansche recruut kan doorgaans zijn eigen potje reeds koken. Het leeren zeifkoken zal dan ook slechts beoogen, zijn kookkunst economisch te benutten door hem aan te geven hoe zulks in de brigade het beste gebeuren kan. Bepakking. (V. O. I. 29). Aan de hand van opgedane ervaring is het wenschelijk den recruut den veldzak niet eerder te laten dragen dan nadat hij ongeveer op de helft van zijn opleiding is gekomen. Dit strookt ook met onzen gedachtengang, om den man eerst na 10 weken dus in de 2e periode, te laten uitrukken. Wanneer hij dus al' Noot van de Redactie.Zelfs indien men de trefkans voor de recruten opgelegd vurende, gelijk stelt met die van A-schutters kn. vr. h. dan vindt men voor de trefkans op 125 m. zoowel op de romp-als knieschijf in het meest 0 sfsoofd voo^t6 «TT'' s.chji.fhe,ft> dus trefbaar oppervlak öu /o d.i. voor 4x2è3 patr. 8 treffers. Indien de patr. de doelen voor de vuuropemng onder elkaar verdeeld, hetgeen vaak mogelijk zal zhn kunnen 5 schijven worden getroffen. De tijdsduur is dan isTecTna devSÏÏfa? Dit is dus de bedoeling van het voorschrift. vuuropemng. Het geweer is ballistisch in het voordeel boven de karabiin het is hter moeilijker te hanteeren in de houding st. vr. h. Door geringere' lengte gewicht is de karabijn bovendien in het voordeel bij het z. g. jagerschot. 892

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 50