sluiering kunnen vergrooten. Men kan in een dergelijk geval het
niet-geheime gedeelte als afzonderlijk klaar bericht verzenden,
terwijl men het geheime gedeelte apart als cijferbericht verzendt.
Eenige aanwijzing in het klare beticht, dat dit zal worden gevolgd
door een vercijferde aanvulling, is natuurlijk ontoelaatbaarin het
vercijferde gedeelte kan zoo noodig verwezen worden naar het
in klaar schrift gestelde gedeelte.
8. Men vermijde in cijferberichten vaak met denzelfden aanhef
te beginnen of met denzelfden slotzin te eindigen.
9. Herhaling of verduidelijking in klare taal ook zelfs van
een enkele groep van een cijferbericht moet worden vermeden.
10. Adres en afzender, alsmede nummer en tijd van afzending
van een bericht mogen nimmer worden vercijferd. Adres en afzen
der mogen indien (wat regel is) geheimhouding daarvan ge-
wenscht is, door schuilnamen of oproepseinen worden weergegeven.
De tijd van afzending kan bij de ontcijfering van belang zijn.
Wanneer bijv. bepaald werd, dat op een gegeven dag op het
uur 0000 (middernacht) een verandering van het sleutelwoord zal
plaats hebben, en men ontvangt dien dag te 0130 een vertraagd
cijferbericht, dat blijkens de daarop gestelde klare aanteekening
derf vorigen dag te 2356 werd afgezonden, dan weet de déchif-
freur onmiddellijk, dat hij voor de ontcijfering van dat bericht
nog van het oude sleutelwoord moet gebruikmaken.
11. Met uitsluiting van alle andere letters gebruike men bij
het cijferwerk slechts hoofd-drukletters, teneinde vergissingen
te voorkomen (g en qn en uo en ah en k enz.).
12. Het vercijferen moet steeds zorgvuldig en zonder over
haasting geschiedenalvorens een cijferbericht af te zenden,
wordt de juistheid van het cijferwerk nauwkeurig nagegaan.
13. Het ver-(ont-)cijferen mag slechts geschieden door het
daarvoor in de voorschriften aangewezen personeelOnbe
voegd ontcijferen is verboden.
14. Het gebruik van andere geheimschriften dan die, welke
in de voorschriften zijn vastgelegd, is verboden.
15. Beantwoording van een cijferbericht geschiedt in hetzelfde
geheimschrift als waarin het eerste bericht was gesteld.
Tenslotte bedenke een ieder, die berichten moet opmaken,
welke moeten worden vercijferd het volgende het gevaar voor
ontsluiering van een cryptogram stijgt althans bij gebruik van
een niet-mechanische methode ongeveer recht evenredig aan
de hoeveelheid „materiaal". Daardoor kunnen zéér korte berich
ten in een betrekkelijk eenvoudig te ontsluieren systeem vaak
moeilijker te ontsluieren zijn, dan langere berichten, welke volgens
een meer ingewikkeld systeem werden vercijferd.
Dit impliceert duskorte berichten zooveel mogelijk gebruik
maken van (ondubbelzinnige) afkortingen en van open code, als
mede een veelvuldig verwisselen van sleutel.
907