men „Bevel voor de diensten" heeft ontvangen, gaat hij na welke maatregelen al dadelijk getroffen kunnen worden. Kap. Int. A. krijgt 10 v. m. de opdracht om de verplegings- sterkte aan menschen en dieren van de verschillende tot de Div. behoorende en daarbij ingedeelde onderdeelen zoo nauwkeurig mogelijk vast te leggen, terwijl conducteur C. (met 1 schrijver) wordt belast om met die sterkte als basis de op 6-10-31 vol gens het betrekkelijke rantsoen I 5) te fourageeren artikelen (met inbegrip van de kleine vivres voor 4 dagen en de fourages) in een staat te berekenen, welke z.g. fourageeringsopgave uiterlijk 10 n.m. bij den Div. Int. moet worden ingediend. Voorts wordt aan genoemden conducteur opgedragen om den volgenden dag voor dezelfde sterkte een dergelijke opgave samen te stellen van de volgens rantsoen II te verstrekken artikelen. Deze opgave wordt op 5-10-'31 5 n.m. ingewacht. 951 T oelichtingen. In vorenbedoelde opgaven worden de artikelen (in verpakkingseenheden afgerond) per korps berekendaan den voet worden de totalen voor de ge- heele divisie vermeld. Alleen bij belangrijke veranderingen in de sterkten der onderdeelen worden bedoelde fourageeringsopgaven gewijzigd of geheel op nieuw berekend waarbij als beginsel wordt aangenomen dat daartoe slechts wordt overgegaan, indien de verschillen meer dan 5 bedragen. Dergelijke veranderingen in de sterkten worden door de betrokken verple- gingsofficieren op de H.V. PI. medegedeeld aan den Div. Int. of zijn vervanger, die ze zoo mogelijk bij de St. controleert met de verlieslijsten als anderszins. Bovendien deelen die verpl. officieren dan eventueele, de verpleging betreffende, bijzonderheden mede, welke zoo eenigszins mogelijk ter plaatse mondeling worden afgedaan. Met e. e. a. wordt zoo mogelijk bij de eerstvolgende fourageering rekening gehouden. De voordeelen van deze methode springen dadelijk in het oog. 1. De berekeningen geschieden centraal in een vrij rustige omgeving; controle daarop is zeer eenvoudig. 2. De Div. Int. heeft daarna een volledig overzicht van de verstrekkingen, kan daarin naar gelang van omstandigheden wijziging brengen, en kan zonder herberekening zich dadelijk aanpassen aan eventueele veranderingen in de groepeering der onderdeelen. 3. De verplegingsofficieren behoeven geen sterkte-opgaven in te dienen, en kunnen op de korpsverstrekkingsplaatsen de ontvangen verplegingsbehoeften (zonder van weeg- of andere werktuigen gebruik te maken) over de compagnieën enz. verdeelen. 6) 4. Het bij den divisie-staf met het maken van de berekeningen e. d. belaste intendance-personeel behoeft op geen bons te wachten en kan b. v. daags te voren 's morgens vroeg daarmede aanvangen. 5) Onder normale omstandigheden wordt het rantsoen I, en op dagen van actie het vereenvoudigd doch verzwaard (oorlogs)-rantsoen II verstrekt. De Div. C. maakt in overleg met den A.A. uit welk rantsoen zal worden gegeven. 6) Zelfs bij vrij eenvoudige manoeuvres vormen de ingevolge art. 218(7) van het A. T. V. door de verplegingsofficieren in te dienen sterkte-opgaven en de op grond daarvan door den intendant per korps te maken berekeningen een voortdurende misère, vooral tengevolge van de meestal zeer late indiening en de vele daarin voorkomende fouten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 13