blunders weiden gemaakt, waardoor men soms het tegenoverge stelde van geheimhouding bereikte. Ongemotiveerde gerustheid omtrent de veiligheid van de geheim houding (d.i. dus m.a.w. de onontsluierbaarheid van het gebruikte systeem) zijnde dit het gevolg van improvisatie en gebrek aan voldoende deskundige voorlichting riep een minachtende zorge loosheid bij het vercijferen in het leven, welke soms zeer nadeelige gevolgen heeft gebracht, de weegschaal van de tactische (in enkele gevallen zelfs van strategische) voordeelen naar de andere zijde deed overslaan, en vaak bloedige offers heeft gekost. Die zorgeloosheid, welke men, wanneer ze bij onze hedendaag- sche kennis op dat gebied bedreven zou worden, gerust misdadig zou kunnen noemen, was toén het gevolg van onwetendheid on bekendheid dus onbemindheid en een zeker soort tegenzin in deze nieuwigheid, en zoowel Geallieerden als Centralen hebben aan de hand van de opgedane ervaringen al het mogelijke gedaan, om den achterstand zoo spoedig mogelijk in te halen. In het bijzonder voor de oorlogvoering hier te lande is een juist gebruik van vercijfering van groot belang. Een eventueele tegenstander komt hier met een eerste échelon aan wal, dat le. zeer waarschijnlijk reeds gedurende den doortocht door onzen Archipel meer of minder belangrijke verliezen leed 2e. bij de landing zelve ongetwijfeld gedecimeerd zal worden 3e. kort na de landing tijdelijke en/of blijvende verliezen zal lijden, ten gevolge van het acclimatisatieproces, dat door de troepen van den tegenstander onvoorwaardelijk zal moeten worden doorgemaakt (en waarbij wij nog een handje kunnen helpen) 4e. bij het oprukken naar het binnenland een betrekkelijk groot percentage van zijn strijdkrachten moet achterhouden of af zonderen als bezetting van basis en beveiliging van de ver bindingen 5. zoo maar niet in een handomdraai kan worden aangevuld door een tweede échelon. Het is dan ook voor een expeditionnaire troepenmacht een geens zins benijdenswaardig bestaan, en hoé klein onze daar tegenover te stellen troepenmacht ook moge zijn, zal die tegenstander, die gedurende geruimen tijd geheel aan zichzelf moet worden over gelaten, toch wel alles in het werk stellen, om achter onze opstel ling en groepeering te komen, teneinde daaruit onze voornemens te concludeeren en daartegen zijn maatregelen te nemen, en zich zoo min mogelijk bloot te stellen aan ernstige verliezen, c.q. algeheele vernietiging. We kunnen er voorts zéker van zijn, dat hij lang te voren reeds in vollen vredestijd zijn spionnen en agenten naar den 994

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 56