er heel wat kleine tegenslagen zijn geweest, die erg ontmoedigend hadden kunnen werken, terwijl het klimaat afmattend was En- rekang toch ligt 50 m. boven zee in een aan alle kanten door bergen omsloten dal. De gezondheidstoestand is zeer goed geweest: behalve twee lichte ongevallen, waarvoor evacuatie noodig was, zijn er geen werke lijke zieken geweest. Deze ongevallen zijn wel van eenigen invloed op het werk geweest, want toevallig waren het twee timmerlieden, zoodat dit verlies van 40 der timmerkrachten wel merkbaar was in de vorderingen van hun werk. Hoewel de regentijd al veel vroeger had moeten invallen, be gonnen we daar eerst in Mei werkelijk last van te krijgen vóói dien was enkele malen het werk een uurtje eerder beëindigd moeten worden wegens den regen, doch toen het afwerken begon, werden de regens hinderlijk juist dan kan men ze het minst gebruiken en toén kwamen dagen voor van voortdurende lichte ïegens of afwisselende droge en natte buien. Van hoog water of bandjirs hebben we evenmin hinder gehad tweemaal was het werk eerst 's morgens om 8 uur aangevangen kunnen worden, omdat de manschappen niet eerder over konden, maar de zwaardere bandjirs kwamen eerst toen de gemeenschap zij het ook over een enkelen ligger of plank reeds over de bru» mogelijk was en werkelijken overlast hebben we pas den laatsten nacht ondervonden den 5en Juni zou het detachement terugkeeren naar Makassar, doch in den nacht van 4 op 5/6 kwam om 2 uur voorm. plotseling een zware bandjir opzetten, die den heelen klappertuin onder water zette en tot 50 cm. hoogte in de logiesgebouwen kwam. Wel werd inderhaast alles zooveel mo gelijk in de hoogte gestouwd, maar het water kwam zóó snel op, dat nog vrij veel kleeding verloren ging terwijl groote schade werd toegebracht aan het nieuwe dijklichaam. Dit blijkbaar als afscheid 1 Den 6en Juni werd ingescheept op de „Melchior Treub" en 11 Juni was het detachement weer terug in Tjimahi. Door den Gouverneur is tijdens de Bestuursconferentie nog per soonlijk aan den Legercommandant de hulp van Genietroepen ge vraagd voor enkele andere bruggen, die ZHEG gaarne door ons o-ebouwd had gezien, doch dit verzoek is helaas niet ingewilligd en het valt te voorzien dat bruggenbouw in de Buitengewesten voorshands wel niet meer zal voorkomen. Tjimahi, 30-8-'31. 1012

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1931 | | pagina 74