3. Het omzetten.
Oogenblikkelijk nadat het lamoen vrij is van het staartstuk,
wordt de vuurmond door de kanonniers omgezet en ruw zijde
lings in de richting gebracht.
4. Het richten.
De eenige handeling, welke niet overhaast kan en mag ge
schieden, maar, aangezien het stuk reeds horizontaal staat, toch
slechts eenige seconden in beslag neemt.
Het richten behoeft niet te worden gehinderd door het weg-
marcheeren van het trekpaard, hoewel dit voor het stuk over
den weg moet worden geleid, mits het paard maar normaal wend
baar is en er een behoorlijke geleider bij is.
Door het plaatsen van de schilden kan niet van het noodvizier
worden gebruik gemaakt om te richten, maar het horizontale
vlak waar het noodvizier op geplaatst wordt, bleek voldoende
voor het richten.
Bij de proeven werd gericht op een naderende auto, één van
de stukscommandanten had, van de eerste keer af, steeds den vuur
mond goed gericht, een ander stukscommandant gelukte dit door
overhaasting de eerste keeren niet, maar daarna wel.
De richting werd steeds gecontroleerd, door het sluitstuk te
openen en door de zielas te kijken.
Hoewel in vele gevallen de mogelijkheid bestond om nog een
tweede schot af te geven, moet er alles op gericht zijn, het eerste
schot raak te doen zijn (onze artilleristen willen wel bedenken
dat geschut aldus gebruikt, eigenlijk geen artillerie meer is).
5. Het afvuren.
Het afvuren moet geschieden door den stukscommandant. Om
het niet mooier voor te stellen dan het is gebeurd, dient hierbij
vermeld te worden, dat het wel eens een enkele maal voorkwam,
dat de stukscommandant vergat de veiligheidspal om te leggen,
hetgeen natuurlijk eenig oponthoud gaf.
Wij zouden dan ook als commandant van een zoodanig stuk
willen hebben een vlot, rustig en bedachtzaam wachtmeester en die
zijn er genoeg onder de stukscommandanten van de bergartillerie.
6. De t ij d e n.
De kortste tijd, welke gehaald is, tusschen de waarschuwing
„pantserauto" en het afgaan van het schot was 8 seconden
langste tijd (dat was de eerste keer) 20 seconden, maar toen
was de vuurmond niet van te voren horizontaal gesteld en het
achterstuk niet afgenomen.
Het gaf geen tijdsverschil indien het achterstuk niet werd af
genomen, maar van te voren reeds was omgeklapt, zoodat het
lamoen dus aan het achterstuk was gekoppeld.
18