80
van 1864 en 1866 en '70 opgedane ervaringen. Zijn werk is later, vooral door
Generaloberst Graf von Schlieffen voortgezet".
VIII. Slotwoord. Waarin de schr. o.a. de hoop uitspreekt dat het artikel
voor enkele officieren aanleiding moge zijn om de studie van de krijgsge
schiedenis (weer) op te nemen.
Mil Wochenblatt. No. 5. Augustus 1931. Der Kern der Schlieffenschen
Lehrë\ kolonel b. d. von Mantey. Geeft in het kort de Ieei van Schlieffen weer
n. a. v. zijn Cannae-studie, waarin de wegen gewezen worden, die het vlugste,
naar de vernietiging des vijands voeren, n. 1.
1. de omvatting, ideaal aan beide zijden (Tannenberg, winterslag in de
Masuren)
2. de omtrekking van het vijandelijke leger (Sédan)
3. het afdringen van het vijandelijke leger van zijn verbindingen.
„Noodzakelijk is het ook zich bij de studie der krijgsgeschiedenis steeds
weer af te vragen hoe de techniek de legersamenstelling, de oorlogvoering en
ieder afzonderlijk besluit heeft beinvloed, welken vorm zij zal geven aan
moderne legers, op welke wijze zij de bevelvoering en de besluiten in de
toekomst zal beinvloeden".
Revue d'artillerie. No. 2. Augustus 1931. La bataille des frontières. Le
déroulement de la bataille", kolonel E. Valarché. Geeft een overzicht der
Duitsche en de Fransche inzichten omtrent de eerste aanraking der beide
legers in het begin van den wereldoorlog en vervolgens van den strijd in
Elzas-Lotharingen.
Krijgsgeschiedenis.
Mavors No. 8. Augustus 1931. „Grepen uit de werkelijkheid" behandelt
luitenant M. R. H. Calmeyer in „Een aanvaleen gedeelte van den aanval
van de 42ste Fransche divisie op 8 Augustus 1918, „waarin desamenwerking
tusschen de inf. en de verschillende hulpwapens (art en vechtwagens) en
die in het hoofdwapen zelf tusschen tirailleurs, mitr. en inf. geschut op zeer
aanschouwelijke wijze wordt gedemonstreerd", en ontleend aan „Montdidier"
een nieuw deel van de door den Franschen kolonel A. Grasset bewerkte
serie „La guerre en action", waarvan achtereenvolgens zijn verschenen „Neuf-
chateau", „Ethe" en „Virton", ontmoetingsgevechten op 22 Augustus 1914,
op de ervaringen waarvan onze „naderingsmarsch" berust; „Verdun", de ver
dediging in den stellingoorlog".
Algemeen.
Mil. Wochenblatt. No. 7 Augustus 1931. „Russische Ansichten über den
Zukunftkrieg"„Het totale beeld is aldus: de toekomst-oorlog zal een massa-
en een klassenkarakter dragen, lang duren en het geheele land treffen. De
centra van weerstand zal de verlammende stoot des vijands gelden om in
dustrie, regeering en bevolking op iedere mogelijke wijze te desorganiseeren,
te verzwakken en ongeschikt voor den strijd te maken. Om een dergelijken
oorlog met een gerust hart tegemoet te treden heeft Rusland noodig
1. Een voldoend groote actieve weermacht, welke het kader voor het mas-
saleger kan afzonderen
2. talrijke reserves aan kader en manschappen
3. een hoog ontwikkelde en voor langen oorlogsduur, zonder moeilijkheden
om te zetten industrie en volkshuishouden, naast een goed werkend verkeers
wezen (voorbereiding der industrieele mobilisatie)
4. geestelijk doelmatig voorbereide massa's en hun bescherming tegen
luchtgevaar (psychologische mobilisatie