matig rookmasker wordt het vuur zonder eenige wijziging volgens het vuurplan afgegeven. In de punten 1,2 en 3 van 227 wordt ons een beeld gegeven van het ontstaan van het vuurplan. Van invloed van nevelig weer, nacht, of een kunstmatig rookmasker wordt daar niet gesproken. In het uit die punten 1, 2 en 3 van 227 ontstane vuurplan, geven de automatische wapens hun vuur af in strooken 195 (2), 196 (3), 207 (2), 216 (2), 217 (2) en A. T. V. 152 (2). In geval van een plotselingen aanval onder begunstiging van den nacht, nevelig weer of een kunstmatig rookmasker wordt een heel ander vuur afgegeven, n. 1. het vuur bedoeld in de punten 187, 246 en 249, een vuur dus (stormvuur) op van te voren be paalde punten vastgelegd en op een afgesproken sein of code gedurende een bepaalden tijd volgehouden. Het spreekt van zelf, dat „punten" niet te eng moet worden opgevat, beter ware het m. i. van bepaalde doelen te spreken (zie ook V. S. Mitr. 88, 89, 90 Het richten bij duisternis (a. a.)A. S. K. m. IIIHet vuren bij duisternis (mist) 107; en R. I. 290, 1 dhet schieten bij maanlicht en bij volslagen duisternis. In 228 wordt gesproken van, „punten" welke nauwkeurig in overleg met de artillerie op de kaart worden bepaald. Deze „punten" worden niet alleen op de kaart bepaald, maar volgens 227 (1), volkomen juist, op de verzamelschets aangeteekend. Het zijn dus geen punten maar terreingedeelten welke onder art. vuur worden genomen. Ten opzichte van 235 lijkt ons de vraag gewettigd: Bestaat er geen vuurplan voor het regiment? Het bepaalde in 227 (1), (2) en (3) voor den bataljonscom mandant zal m. i. voor den r. ct. de zelfde beteekenis hebben. Hoofdstuk Vhet gevecht in bijzondere omstandigheden. Nachtgevecht. Aanval. Hieromtrent wordt in 236 o. m. gezegd, dat manoeuvreeren in de duisternis uitgesloten is Tegen deze meening moet ik door de algemeenheid der redactie opkomen. De manoeuvre op zeer beperkte schaal is bij duisternis mogelijk. Zonder die mogelijkheid zou iedere nachtelijke aanval stranden, zoodra tegen een versterkt punt wordt geloopen. Zie het artikel van Kolonel Jèze in de revue d' inf. 1924, Mei, Juni en Juli. De Fr. instruction sur l'emploi tactique des grandes unités (art. 225 blz. 117) huldigt de opvatting: dans le combat de nuit on ne manoeuvre pas. Volgens het Fr. voorschrift wil men in de eerste linie geen echelonneering in de diepte, de reserves worden steeds buitenwaarts opgesteld en dienen alleen voor op name in geval de le linie terug moet. Duidelijk komt hier dus 214

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 56