5. DE LIJFGARDE (PRADJOERITS) VAN ZIJNE VORSTE LIJKE HOOGHEID DEN SOESOEHOENAN VAN SOERAKARTA. door A. D. VAN STEENBERGEN. Majoor der Infanterie. Het zal vele officieren niet bekend zijn, dat Z. V. H. de Soesoe- hoenan van Soerakarta bij contract gemachtigd is, een korps van 1000 gewapenden, algemeen bekend als de Lijfgarde (Pradjoerits) van Z.V. H. de Soesoehoenan te onderhouden. Door welwillende tusschenkomst van den tegenwoordigen Commandant van deze lijfwacht, B. K. P. H. Poerbonegoro III, den vroegeren 1ste luitenant der Cavalerie van het Nederlandsch-Indische Leger B. K. P. H. Djatikoesoemo, ben ik in staat, hieronder een geschiedkundig overzicht van deze Kratontroepen te geven. Waar met het 40 jarig regeerings jubileumvan Z. V. H. den Soesoehoenan meerdere officieren de feestelijkheden hebben bijgewoond en de kleurige kleeding dier troepen hebben bewonderd, leek het mij niet onge- wenscht een en ander over die troepen te publiceeren. Ten tijde van Z.V. H. den Soesoehoenan II was het aantal sol daten zeer beperkt. Deze vorst regeerde van 1651 1675 (j) of 1726-1745 (c), werd in 1634 te Kartasoera geboren, werd aldaar in 1651 tot vorst verheven, vertrok naar Ponorogo in 1667 en vestigde zich in 1670 te Soerakarta, waar hij in 1675 overleed om te Lawian te worden begraven. Zijn stoffelijk overschot werd later naar Imogiri overgebracht. Het leger bestond toen uit Regenten, Kliwons, Penawoes en Mantris als officieren en alle lagere ambtenaren als minderen. Zij droegen de echt Javaansche kleederdracht, waarbij elke groep een bepaalde kleur had. De bewapening bestond uit lansen, krissen, sabels a a. Als Commandant trad een der regenten op, terwijl in tijden van oorlog het commando aan een der prinsen van den bloede werd opgedragen. Onder het bestuur van Z. H. den Soesoehoenan III (Pakoe Boewono 111) (geboren te Kartasoera in 1656 (j), verheven tot vorst in 1675 te Soerakarta en aldaar in 1714 overleden en te Imogiri begraven) had geen verandering in de samenstelling plaats, kleeding en bewapening bleven hetzelfde. Als Commandant trad op R. T. Pandji Tjokronagoro, in 1688 daartoe benoemd, die 218

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 60