Nemen we aan, dat een bepaalde mitrailleur een vuursnelheid
heeft van precies 600 schoten per minuut en het tijdsverloop tus-
schen het afgaan van twee schoten constant is.
(In werkelijkheid is dit niet het geval verschillen in de kruit-
lading, verschil in diameter van de hulzen, enz.).
Plaatsen we nu dit wapen op een vliegtuig, waarbij het gecom
mandeerd door het schroefvlak schiet, en laten we de twee-bladige
schroef precies 300 toeren per minuut draaien.
Wanneer een schroefblad de verlengde zielas is gepasseerd,
vuurt de motor door middel van de afvuurinrichting den mitrail
leur af. Het wapen opent zich, gooit de huls uit, voert een nieuwe
patroon aan en sluit zich weder en is juist klaar voor het afgeven
van het volgende schot als het tweede schroefblad de verlengde
zielas voorbij is en de motor den mitrailleur ten tweede male
afvuurt.
In dit boven beknopt omschreven geval benutten we dus de
absolute vuursnelheid van het wapen en kunnen dus ook werkelijk
600 schoten per minuut afgeven.
Vermeerderen we thans het toerental van de schroef met
één, zoodat de schroef dus 301 toeren per minuut loopt.
Het eerste schot gaat af, en, wanneer het volgende schroefblad
de verlengde zielas gepasseerd is, zal de motor de afvuurinrich
ting ten tweede male doen werken. Echter heeft het wapen geen
tijd genoeg gehad zich geheel te sluiten, rn.a.w. het wapen is nog
niet „schietklaar" en 't schot zal niet afgaan.
Thans zal het wapen, om te worden afgevuurd, moeten wachten,
totdat weer een schroefblad is gepasseerd.
Een en ander speelt zich af na het afgaan van elk schot en
hieruit blijkt dus, dat bij het genoemde toerental van 301, de
vuursnelheid daalt van 600 tot 300 schoten per minuut.
Laten we de schroef 600 toeren per minuut draaien, dan doet
de afvuurinrichting 1200 maal zijn werk (om de andere maal
echter tevergeefs, omdat de mitrailleur nog niet schietklaar is),
maar bereiken we toch de maximum vuursnelheid van 600 schoten
per minuut. Op deze wijze doorredeneerende, kan men, voor elk
gegeven toerental van den motor, de vuursnelheid van den mitrail
leur berekenen en het resultaat van deze berekening in een grafiek
vastleggen.
Veelal komt het voor, dat bij vliegtuigmotoren een z.g. reduc-
tie-gear of démultiplicator wordt toegepast, waardoor de
schroef niet het zelfde toerental draait als de motor.
Waar de afvuurinrichting door den motor wordt aangedreven,
en het afgaan van het schot wordt bepaald door den stand van
de schroef, zal het duidelijk zijn, dat de verhouding toerental
schroef toerental motor, in omgekeerde orde moet worden over
gebracht op de afvuurinrichting.
272