Op groncl van die ervaringen zou ik niet gaarne adviseeren
„Geeft den soldaat mais in plaats van rijst".
Bijzondere omstandigheden kunnen het echter noodig maken
om het leger te voeden met een ander voedingsmiddel en dan is
mais een zeer goed surrogaat.
V o oonze legerpaarden gelden vorenge
noemde bezwaren niet in die mate.
De algemeene wereldopvatting is, dat haver „het" voedingsmid
del voor paarden is. In Amerika wordt echter veel mais aan
paarden gevoerd, terwijl ook in Holland aan paarden, die zware
diensten moeten verrichten, mais wordt verstrekt.
Hier in Indië geven wij bij gebrek aan haver „gaba" aan onze
legerpaarden.
Het door mij hiervoren reeds genoemde boekwerk van de beide
Amerikaansche professors zegt omtrent de voeding van paarden
a. Voeding van rijtuigpaarden en rijpaarden
Stijl en actie zijn eerste vereischten bij deze paarden, voe
dingseconomie komt in de tweede plaats. Goede paardenken-
neis in de Vereenigde Staten beweren nog, dat paarden op
havervoeding actie vertoonen als van geen ander voedsel, in
ontelbare gevallen verkreeg men echter even goede resultaten
van een goede gemengde voeding.
Alle paardenkenners zijn het er echter over eens, dat haver
de eenige voeding is, geschikt voor deren, waarvan snelheid
een eerste veieischte is en waarbij de kosten buiten beschou
wing blijven (racepaarden).
Echter wordt er op gewezen, dat het echte Arabische paard
gewoonlijk op gerst leeft.
b. Voeding van legerpaarden
Haver, hooi en stroo zijn de standaard-voedingsmiddelen voor
legerpaarden bij de groote mogendheden, daar zij het gemak
kelijkst aan de volgende eischen voldoen
le. het paard eet ze gaarne,
2e. het zijn algemeen bekende handels-artikelen,
3e. ze zijn gemakkelijk verkrijgbaar bij groote hoeveelheden.
4e. ze zijn gemakkelijk te keuren en algemeen uinfornr van kwa
liteit, terwijl ze niet onderhevig zijn aan belangrijke verliezen
of bederf gedurende het opslaan en vervoer.
Stellen wij de voedingswaarden van de voornaamste der voo-
paardenvoeding gebruikt wordende granen eens onder elkaar dan
krijgen wij volgens het bulletin van het Koloniaal Museum te
Haarlem uitgave 1911 het ondervolgende staatje
eiwit vet koolh. ruwvezel ruw asch water
haver (eur 12.4 8.12 60.18 3.33 2.15 20
mais (ind.) 9.5 4.5 69 2 17 nl
306 0