5. DE DIENSTNEMING VOOR HET INDISCHE LEGER
IN NEDERLAND.
door
A. J. L. de GROOT, Kapitein der Infanterie,
en
Dr. H. J. H. van LIENDEN, Officier van Gezondheid 2de kl.
De laatste jaren bestaat er bij de Koloniale Reserve te Nij
megen een ernstig streven om te komen tot een selectie-methode
bij het in dienstnemen van gegadigden voor den Indischen mi
litairen dienst.
Overal in de maatschappij worden meerdere en hoogere eischen
gesteld aan degenen, die betrekkingen ambieeren en het is dan
ook wel bekend, dat het Indische Leger in dezen niet is ach
tergebleven. Ontegenzeggelijk is dan ook het gehalte der Euro-
peesche troepen vergeleken bij enkele tientallen jaren geleden er
op vooruitgegaan.
De „werving van kolonialen voor den Oost" van
vroeger was niet binnen enge grenzen beperkt en werd dikwijls
bevorderd met middelen, die thans ongeloofelijk schijnen.
De „dienstneming voor het Indische Leger"
van tegenwoordig is daarentegen zeer selectiefals
daartoe tenminste de gelegenheid wordt gegeven, want zoowel
de bovenmatige eischen, gesteld aan de uitzending van een vier
tal jaren terug, als de stopzetting voor 1932, stempelen de zoo
gewenschte kieskeurigheid tot een doode letter.
Zonder verder uit te weiden over de noodzakelijkheid van een
goede selectie, stellen schrijvers van dit artikel zich voor een
overzicht te geven van de wijze, waarop bij de Koloniale Reserve
getracht wordt de besten van degenen, die zich beschikbaar
stellen, naar Indië uit te zenden.
De oproep om zich voor de gewone dienstneming voor drie
of voor vijf jaar voor den vrijwilligen militairen dienst in Indië
te verbinden, heeft plaats middels advertenties door den Comman
dant der K. R. in verschillende dag- en weekbladen geplaatst.
Hierop reageerden in 1931 ruim vier duizend personen, waarvan
ongeveer veertien honderd nader op de door hen ingewonnen
informaties ingingen. Deze candidaten werden opgeroepen om
312