duidelijk dat het daaruit lichten van enkele principes en het:
inlijven daarvan in een ander systeem verkeerd geacht moet wor
den. Deze principes toch komen dan slechts tot hun volle recht,,
wanneer zij gelaten worden in het kader waaruit zij zijn ontstaan i
de zuivere Caprillische methode.
Het is een veel heerschend dwaalbegrip dat de Italiaansche
methode opgebouwd is ten behoeve van de concoursen hippique,
want de voordeelen van dit systeem komen juist bij het militaire
rijden het sterkst tot hun recht. Zooals uit de eerste regels van
zijn boekje blijkt heeft Caprilli dit systeem juist opgebouwd voor
het leger om in een dringende behoefte te voorzien. De resul
taten met zijn systeem in de sport bereikt moeten als een gelukkige
factor ten goede worden beschouwd, In enkele woorden samen
gevat wilde hij het paard in zijn natuurlijk evenwicht laten, vrij
zijn krachten naar eigen inzicht te gebruiken, doch ondergeschikt
aan den wil van den ruiter. Van den ruiter eischte hij het onder
alle omstandigheden meegaan met het paard, zonder dit te storen.
Te dien einde bouwde hij een systeem op geheel afwijkend van
alle bestaande, dat door zijn eenvoud gemakkelijk te leeren is
door den eenvoudigen ruiter i. c. den soldaat.
Dit systeem toch is het eenige waarbij de jonge remonte in de
manege en buiten, later als afgericht paard bij den velddienst, in
de recrutenklasse, op patrouille of op marsch met dezelfde op
tooming op dezelfde wijze gereden wordt. De ruiter zit bij al
deze verrichtingen op dezelfde wijze vóór in het zadel en licht
voorover geneigd. Het paard heeft slechts te leeren rustig onder
een licht zittende niet storende ruiter te gaan, met dien last zijn
natuurlijk evenwicht terug te vinden, aan den teugel te gaan, wend
baar te zijn, op te schieten voor de beenen d. w. z. volkomen
gehoorzaam. Dit bereiken de Italianen op eenvoudige, natuurlijke
wijze. De natuurlijke "rijkunst houdt daar op, waar kunstmatige
verandering van evenwichtshouding en het opwekken van zijde-
lingsche spanningen doel en middel van africhting zijn. Onbe
kend in de Italiaansche methode zijn bijv. 3e teugelwerking, het
zijwaarts halsbuigen tot het verkrijgen van strekken.
Wat de successen betreft in de springsport behaald, lijkt het
ons overbodig hierover te discussieeren. Ieder die wel eens sport
bladen leest of zich voor de paardensport interesseert, heeft van
de eclatante overwinningen der Italianen gehoord. Men diene
hierbij te bedenken dat de waarde niet zoozeer ligt in het winnen
van den prijs, want dit kan gelijk, één groot ruiter, één excellent
paard, beteekenen.
Neen de waarde ligt in de gemiddelde plaats van hun ruiters
bij landen-wedstrijden, en in de plaats van hun équipe en die
is immer vooraan.
Hoewel eenigszins buiten het eigenlijk bestek van dit artikel
vallend, zoo meenen wij toch te moeten wijzen op een foutieve
meening, die de laatste jaren, vooral van Duitsche zijde, meer-
396