cours-hippique systeem ging beschouwen, niet geschikt als systeem
voor de militair rijkunstige vorming der recruten. En toch is juist
Caprilli er op uit geweest een systeem uit te denken dat geschikt
was voor de recruten, voor den eenvoudigen soldaat, en heeft
persoonlijk met een door hem afgerichte klasse bewezen dat zijn
systeem deugdelijk was. Men dient hierbij in het oog te houden
dat de concoursen hippique eerst na Caprilii's dood zulke afme
tingen hebben aangenomen.
Het zij hier uitdrukkelijk gestipuleerd dat het niet de bedoe
ling is dat wat elders en ten onzent reeds bereikt werd te
verdoezelen of verkleinen. Neen, de Italiaansche methode heeft
zelfs met „Ubertallische" zit bewezen het te kunnen opnemen,
met succes, tegen de oude school.
Wij zijn er evenwel van overtuigd dat het geheel volgens
Caprilli uitgewerkte nieuwe Italiaansche reglement, dat is samen
gesteld door Italië's beste ruiters, t. w. den overste Forquet en den
majoor Formigli, een systeem biedt dat uitmuntend geschikt is
voor ons leger.
In hoeverre ons huidige systeem voldoet moge een ieder voor
zich zelf beoordeelen, wij wijzen er slechts op dat het aantal
lesuren dat beschikbaar is voor rijkunstig onderricht, in verband
met de rijkelijk gevulde oefentableau's, eerder zal verminderen
dan vermeerderen dat onze inheemsche ruiter van nature passief
is, terwijl ons huidig rijsysteem een groote mate van actiefheid
vereischt.
Wanneer wij in de toekomst militie personeel
bij de bereden wapens zullen hebben meteen
korten diensttijd, zal de eisch van een eenvou
diger r ij methode een gebiedende eisch zijn. Wat
ons beroepspersoneel in een langjarige oplei
ding nog slechts uit de verte benaderen kan, dat
is voor de militie met korten opleidingsterm ij n
onbereikbaar.
ad 4e. De bewering dat de Italiaansche methode de paarden
vroegtijdig doet slijten wordt niet door de practijk bevestigd.
Gemiddeld worden de paarden in het Italiaansche leger op 5-
jarigen leeftijd in gebruik genomen (op 4-jarige als remonte af
gericht) terwijl de gemiddelde leeftijd voor op reform stellen is
16 jaar bij de bereden wapens. Vele paaiden dienen daarna nog
lange jaren bij den trein en de Infanterie.
Ook theorethisch is er geen reden te vinden waarom het paard,
dat in natuurlijk evenwicht gaat, sneller versleten zoude zijn dan
wanneer het in een kunstmatig meer naar achteren gebracht
evenwicht is geplaatst. Inderdaad wordt de voorhand meer belast,
maar draagt reeds van nature een grooter gewicht dan de achter-
beenen en is door diezelfde natuur gebouwd om dien last te
dragen. Indien de ruiter nu zorgt dat zijn zwaartepunt steeds
400