417
4. Verk. patr. no 2 en Bat. R. gev. bev. gaan terug in ver
band met 2e cie.
Schriftelijk aan
C. Cn
C. Pel M.
Afschrift
Dagboek
Bat. C.
4 ex.
7 exemplaren.
En
1-1 R.I.
No. 29.
TJIGERELENG 3-1 -'315.05 n.m.
BATALJONSBEVEL
voor den G. T.
1. G. T. onmiddellijk afmarcheeren over PASIRBATOE 2
(G. 3.) LOA 1 (G. 4) BAB. KOPO SIMPANG
(E 3.4 RANTJADIGANG (E 3) BIROE (D. 3) brug
over de TJI RASIAH 900 m. Z. W. TJIPARAJ naar kg. 700
m. O. kg BARQEGBOEG, aldaar legeren.
D. Om 5.10 n.m. wordt het Det. bevel no. 31 (zie I. M. T. n. 3 biz. 242)
ontvangen.
De inhoud van punt 2 van dat bevel gaat naar den oudsten bat. arts te
PABEAN.
Voorts een bericht aan den Verpl. officier, meldende de verzamelplaatsen
van de ciën. O. van TJIPEUDJEUH 2.
Over een gebeurlijk doen nuttigen van het ncodration behoeft de bat C.
bij zijn bat. niets te zeggen. Hij weet dat zijn officieren zullen waken tegen
een ongeoorloofd gebruik, doch ook van het eenig juiste standpunt uitgaan
Beter geen noodration en een gevulde soldatenmaag, dan
honger 1 ij den met een noodration aan den gordel.
E. Het Det. bevel no. 34 (zie I. M. T. no. 3 blz. 243) wordt door den
luit. adj. aan de onderen, op de snelste wijze doorgegeven (telefonisch en
schriftelijk).
De bat. C. vermoedt van TJIPEUDJEUH 2 af in marschcolonne te kunnen
afmarcheeren, hij draagt den luit. adj. op het marschbevel daartoe voor te
bereiden.
Niet op de schets aangegeven (700 m. Z. LOA 4).
Schriftelijk aan
C. G.T.
Afschrift
dagboek
1 ex.
Bat. C.
o/l
Luit. Adjt.
2 ex.