536 Vo 75 mm. 160-300 m.; 47 mm. 560 m. Dracht 1500-6600 m. Vergissen wij ons niet, dan construeerde ook de firma Schneider reeds een dergelijken vuurmond, het Canon de 75 mm. E. L. (Extra-Leger). Het 4,7 cm. Inf. kan. L/30 met spreidaffuit en de 7,5 cm. Inf. houw. L/13. In het Maartnummer van hetzelfde tijdschrift komt een, met duidelijke foto's toegelichte beschrijving voor van bovengenoemd materieel van de Holl. Ind. Mij „Siderius". Ook hier wordt voor beide vuurmonden dezelfde affuit gebruikt. Op den marschweg wordt het geschut getrokken door 1 paard of door 3 a 4 manschappen. Het kan uiteengenomen worden in 8 manlasten of 4 draagdierlasten. Munitie: Voor den 4,7 cm. vuurmond worden Pantser Gn. gebruikt met bodembuis en springgranaten met snelw. buis. Gewicht 1,7 kg. V0 545 m. Het 7,5 cm. geschut heeft een brisantgranaat met uitschakelb. snelw. buis en 4 ladingen. Gewicht 4,5 kg. max. V0 233 m. Dracht tot 6000 m. Zijd. schootsveld 40°. Vuursnelheid 15-20 schoten p.m. Gewicht in stelling 367 kg. Doorboringsvermogen pantserplaten op 1000 m. 27 mm., op 500 m. 38 mm. Draaglasten per man gemiddeld 4045 kg. paard 90—112 kg., d. w. z. zonder draagbok, welke 32 kg. weegt. De beoordeeling van dit geschut is, evenals het Boforskanon gunstig. Het moderne veldkanon. In de R. d'Art. van Maart j.I. verscheen van de hand van Generaal Challéat een studie „Le canon moderne divisionnaire", waarin schr. op duidelijke over zichtelijke wijze de verschillende "eischen, aan een veldkanon te stellen, uiteenzet, tevens aangevende, welke tegenstrijdige factoren daarbij onderling in harmo nisch verband moeten worden gebracht. De Fransche divisie-artillerie bezit nog steeds het veldkanon van 75 mm. model 1897, en, zooals schr. opmerkt, wordt er nog niet aan gedacht dit door een meer modern te vervangen. Dat Gen. Challéat desalniettemin toch zijn persoonlijke denkbeelden omtrent dit laatste weergeeft, wordt o. a. verklaard door het verlangen, de jongere collega's te brengen tot diepere studie van de goede eigenschappen van het bestaande materieel. Achtereenvolgens worden behandeld de factoren „vermogen'' en „beweeg lijkheid", om op grond van de daarbij gegeven beschouwingen ten slotte tot een bepaalde oplossing te komen. Het vermogen van de divisie-artillerie is afhankelijk van de factoren dracht, uitwerking van het enkele schot, vuursnelheid, horizontaal en verticaal schoots veld en van de mogelijkheid tot schieten onder gekromde banen. Dracht en uitwerking (v.h. enkele schot). Voor een kanon van 75 mm. zou schr. wenschen een projectiel van ongeveer 6,5 kg. dat, verschoten met een Vo van 700 m., een max. dracht geeft van 14 km., waarbij hij tevens opmerkt, dat een projectiel van 7 kg. dezen afstand bereikt met een Vo van 640 m. Vuursnelheid. De oorlogservaring leerde, dat een veldkanon met niet te lange onderbrekingen gedurende enkele minuten in een zeer snel tempo moet kun nen vuren. In verband met het physieke vermogen van het personeel worden daarom bepaalde eischen aan gewicht en lengte van de munitie gesteld, (max.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 108