„Het doel van de opleiding en de oefening bij den troep is „aanvoerders en manschappen geschikt te maken voor een juiste „uitvoering van hetgeen van een ieder in verband met zijn rang „of stand moet worden gevergd". Van de mate van geoefendheid van de compagnie hangt het voor een groot deel af, of straks het leger gebruikt kan worden en succes zal hebben bij het vervullen van zijn zwaren taak. Een zeer groot deel van de verantwoordelijkheid voor de geoefendheid van dat Leger, en het gereed zijn voor zijn taak, rust op den schouder van den c. ct. De taak van het Leger wordt als volgt in korte woorden aan geduid a. de politiek-politioneele taak als omschreven in het V.P.T.L. b. de verdediging tegen vreemd geweld. De ciën. voor die taak geschikt te maken, moet het hoofddoel van den cdt. zijnbij al zijn handelingen en overwegingen moet hem dit voor oogen staan. Uit den aard van ons koloniaal vrijwilligersleger, draagt de oefe ning bij ons wel een eenigszins ander karakter dan in de Euro- peesche militie-legers. Bij de depöt-bataljons, worden de recruten de eerste beginselen van het „militair"-zijn bijgebracht. De opleiding was daar gericht op het verkrijgen van de vereischte kennis en vaardigheid van den enkelen man, als geweer- en karabijn dragende. Mede zijn hem reeds bijgebracht de grondslagen van den strijd tegen den buitenlandschen vijand. Voorts heeft hij de voornaamste V. P. T. L. oefeningen gehad, als daar zijn, handelingen tegen aanvallen met het blanke wapen, omsingelen en doorzoeken van huizen en kampongs, zoowel bij dag als bij nachtnacht- marschen in onveilig gebied, spoorzoeken en bivak beveiliging, het inrichten van bivaks en het zelf koken. Nu komt hij bij het veldbataljon waar zijn voortgezette oplei ding plaats heeft, en waar hij eerst „werkelijk soldaat" moet worden. Hoeveel heeft hij hier nog te leeren, hoeveel nog te herhalen,, voor hij in werkelijken zin „geoefend" mag heeten. De man is nog vrijwel onbekend met zijn optreden in het sectieverband, laat staan in grootere verbanden. Voorts is hem het optreden in een K. M.- groep of -brigade nog vreemd. Verder moet hij bij het veldba taljon zeer vertrouwd worden gemaakt met de oefeningen volgens V.P.T.L. Wijders treffen we bij de veldbataljons, de soldaten aan die na eenige jaren in de Buitengewesten te hebben gediend, thans weer op Java zijn geplaatst. Ook deze militairen moeten weer vertrouwd worden gemaakt, met alles wat van hen wordt gevergd in den strijd tegen een buitenlandschen vijand want al zijn zij nu niet alles vergeten, zij moeten weer terdege geoefend worden, voor zij weer geheel geschikt zijn voor die taak. 472

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 42