Ter beoordeeling van het Japansche standpunt, dat uiterlijk geen ongunstigen indruk maakt, dient te worden gelet op het positief gestelde punt 2 van de suggesties en bovendien op het geen Yoshizawa in de 12e V. B.-vergadering verklaarde: „Al doet „het Keizerrijk tezamen met de andere deelnemende mogend heden ook al zijn best voor het slagen van de ontwapenings conferentie, het is niettemin ernstig bezorgd over het mede on- „derteekenen van het verdrag door mogendheden, waarmee de „defensie van het Keizerrijk het meest rekening moet houden en „over de nakoming van een verdrag door zulke mogendheden". Ook is van belang de uiting van den lt. gen. Matsui Iwane, lid van de Japansche delegatie ter conferentie. Verkort komt deze op het volgende neer „De weermacht is er om van het buitenland normale rechten „te verkrijgen en in het bijzonder om op rechtmatige wijze ver kregen belangen te beschermen, welke wij in Mantsjoerije en „Mongolië hebben. Dat is noodig voor het bestaan van het Kei zerrijk en als daar hinderpalen aan worden in den weg gesteld, „zit er niets anders op dan met de wapenen op te treden. Daarom „moet het Keizerlijke leger zijn maatregelen nemen en voor de „bepaling daarvan de noodige landen als potentieele vijanden „beschouwen. En hiermede komen wij op de vraag hoe groot „de vredes- en oorlogssterkte van de weermacht moeten zijn". Ten aanzien van Rusland zegt de generaal verder: „Zijn militaire krachtsinspanning bestaat uit het zoogenaamde „vijf-jaren-plan-voor de defensie, een onderdeel van het indus- „trieele vijf-jaren-plan. Vooral wordt gewerkt aan de mechanisee- „ring van het leger, aan de chemische oorlogvoering, aan op voering van het aantal vliegtuigen. De vredessterkte van het „leger is te schatten op 70 div. inf. Dit aantal is voor oorlogs tijd te stellen op ruim 100. Hiervan kunnen naar schatting 50 „div. naar het Oosten worden gezonden. De cavalerie, waarvan „zij buitengewoon veel werk maken, bestaat in vredestijd uit 12 „divisies en 9 brigades. Het beschikt over 15 a 16 eenheden „vechtwagens, tezamen 500 wagens tellende". Als conclusie stelt de generaal dan „Niet alleen kunnen wij het aantal divisies niet verminderen, „in uitrusting dienen wij een grooten sprong voorwaarts te maken. „De Japansche strategie moet zijn snel vechten en onmiddellijk „beslissen. Het is onvermijdelijk, maar het pleit moet direct in „het begin worden beslist, zoodat wij genoodzaakt zijn een groote „vredessterkte te onderhouden". Omtrent het door Japan ter ontwapeningsconferentie in te nemen standpunt luidt de conclusie „Maar het is de vraag of de Sov- „jet en China wat vermindering van bewapening betreft: „a. werkelijk gezind zijn om dit te doen, „b. de macht hebben om het verdrag tot beperking van bewa pening uit te voeren, 585

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 47