In de eerste werden het terrein en de wijze van uitvoering van een bepaalden tegenstoot, welke men zich had gedacht, zoo nauw keurig en uitvoerig mogelijk verkend en voorbereid. De graad van nauwkeurigheid hield natuurlijk verband met den nog beschikbaren tijd, welke tot het uiterste moest worden benut, want deze verkenningen en voorbereidingen zijn zeer veel om vattend en kunnen alleen plaats hebben c.q. worden aangevuld, vóórdat het besluit tot uitvoering (inzet) v/d tegenstoot is genomen. De tegenstoot zelve, wordt zonder verdere verkenning of voor bereiding, a. h.w. als een automatische of een reflex-handeling uitgevoerd. Waarom dit noodzakelijk is, zal hieronder blijken. De verkenningen en voorbereidingen omvatten o m.Opmarsch- wegen naar de gereedstellingsplaats, ligging van vij. artievuren, de aanvalsstrook en het gebruik daarvan bij de uitvoering van den tegenstoot (dekkingen, begaanbaarheid etc), opstelling en gebruik van zware infiewapens, eventueel van begeleidende artie (Stosz batterieën), kennis van achter- en nevengelegen stellinggedeelten en van de bezetting daarvan, ligging van de hindernissen en versperringen en van de openingen daarin, opstelling van dea.d. tegenstoot deelnemende troepen en wapens, munitiedepots, waar nemingsposten, verbindingsdienst en samenwerking met de be zettingen van het vak en van de nevenvakken. Men ziet: Gebrek aan stof is hier niet. „Erkunden, erkunden und nochmals erkunden'', schrijft Hptmn. Werner dan ook. Eenmaal het besluit tot inzet van den tegenstoot genomen had geenerlei verkenning of voorbereiding meer plaats. Ook geen vuurvoorbereiding, noch door artillerie noch door mitrailleurs, terwijl vuurbescherming en vuursteun tot het uiterste beperkt bleven. De laatste had slechts plaats door de medegevoerde mitrailleurs •of artillerie (Stoszbatterieën). Zoo lang mogelijk werd zonder vuren vooruit gegaan, liefst tot op stormafstand. Daarna werd dan een kort en zeer hevig vuur afgegeven door medegevoerde automatische wapens, door het infanteriegeschut en c. q. door de „Begleitartillerie" of „Stosz- batterie", alles van de voorste lijn uit en onmiddellijk gevolgd door den stormaanval. Zeer wordt den nadruk gelegd op de noodzakelijkheid van het medenemen van infanteriegeschut en of „Stoszbatterieën" om snel te kunnen afrekenen met door den vijand gevormde weerstands kernen, die door de automatische wapens niet kunnen worden aangetast. Echelonneering in de diepte van de tegenstooteenheid is nood zakelijk m. h. o. op vijandelijke tegenstooten, daarom moeten de automatische wapens er steeds op bedacht zijn, snel een rugge- graat te vormen voor een in te richten weerstandslijn of -zone. Voor vuurdekking of bescherming op de flanken van den tegen stoot dient te worden gezorgd, hetzij door eigen mitrailleurs, 651

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 29