Ter hoogte van het mondstuk onder een der oogglazen is in
het maskerdoek (f) een ring (a) (steun) aangebracht. Deze ring
is aan de binnenzijde voorzien van een schroefdraad, waarin de
signaalfluit gasdicht geschroefd kan worden. Het korte soepele
stukje rubberslang (b), dat zich in de binnenzijde van het masker-
gelaatstuk bevind, dient voor de verbinding van het eigenlijke
instrument met het mondstukje (c). Dit mondstukje is van hard
rubber vervaardigd. Slang (b) len mondstuk (c) moeten dus als
een noodzakelijk verlengstuk van de signaalfluit worden beschouwd.
De gasdichte afsluiting wordt verzekerd door het ventiel (d).
Dit ventiel wordt in den ruststand door de veer (e) gesloten.
Bij het geven van signalen wordt het ventiel door den druk van
de lucht naar voren verplaatst en de veer ingedrukt.
De veerspanning is echter zoodanig dat de normaal onder het
gasmaskerdoek aanwezige overdruk niet in staat is de veer een
weinig samen te drukken waardoor het ventiel niet meer gasdicht
zou sluiten en er dus, hoewel gedurende zeer korten tijd, na
iedere uitademing een gaslek zou ontstaan.
Het mondstuk (c) bevindt zich bij opgezet gasmasker in de
onmiddellijke nabijheid van den mond en kan door het bewegen
van het voorste gedeelte van de signaalfluit met de hand (het
gedeelte dat zich buiten het masker bevindt) gemakkelijk in den
mond worden gebracht.
Zooals reeds vermeld wordt het instrument op een der zijkan
ten (bij het Degea-masker ter hoogte van de rechter wang) van
het maskerdoek aangebracht en wordt het mondstuk niet recht,
doch een weinig schuin in den mond genomen. Het is echter in
de practijk gebleken dat hiervan niet de minste hinder wordt
ondervonden en dat de signalen even hard kunnen worden ge
geven als met de normale signaalfluit.
Het spreekt natuurlijk vanzelf dat deze inrichting, die de kost
prijs van het masker niet noemenswaard zal verhoogen, niet alleen
voor brandweerorganisatiën geschikt is, doch ook door andere
organisatiën kunnen worden gebruikt. (Men denke hierbij in de
eerste plaats aan het leger).
De met dit instrument gehouden proeven hebben dan ook be
wezen dat door het aanbrengen daarvan een groot nadeel ver
bonden aan het dragen van een gasmasker in beschermingsstelling
wordt opgeheven, hetgeen mocht blijken uit het feit dat verschil
lende oefeningen met gasmaskers, welke van dit kleine hulpmid
del waren voorzien, even snel verliepen als zonder gebruik van
het masker hetgeen vóór de toepassing van de signaalfluit, niet
het geval bleek te zijn.
Door deze toepassing heeft dan tevens, hetgeen men bij vele
oefeningen waarbij het gasmasker in alarmstelling wordt gedragen
kan waarnemen, het typische „tête a tête", voor een groot ge
deelte afgedaan.
667