Beginselen in acht te nemen bij de voorbereidende oefeningen van paarden en ruiters in het terrreinrijden, door Federico Caprilli. Wij hebben gezien dat om de paarden te leeren goed door het terrein te gaan zonder hen te ruineeren of hun karakter te be derven, men steeds gebruik dient te maken van het natuurlijk instinct van het paard, met zijn bewegingen en gangen moet meegaan en het zoo min mogelijk moet hinderen in den mond, de lendenen en den rug. Alles wat leidt tot buiging en gedwon gen houdingen en evenwicht en elke actie van de beenen, behalve die welke noodig is om het paard vooruit te drijven, moet men achterwege laten. Over al deze dingen moet men nooit praten tegen den soldaat, in de eerste plaats omdat hij niet in staat is het te begrijpen, noch om het goed uit te voeren, en in de tweede plaats opdat hij zich geen verkeerde voorstelling vorme van het werk dat het paard zal moeten verrichten en van de wijze waarop het dit zal moeten doen. Hiermede bereikt men een tweeledig doel, le het aantal ver reden paarden bij de eskadrons zal verminderen of verdwijnen, 2e door vereenvoudigde opleiding zullen de manschappen spoe diger afgericht zijn. Bij gevolg zal men geen ruiters meer hebben die hun paarden ruineeren door van deze verrichtingen te eischen, die boven hun rijkunstige capaciteiten gaan en die, ook goed uitgevoerd, geen enkel voordeel opleveren, doch integendeel nadeelig zijn voor het werk dat het paard moet verrichten. Ik zou wenschen dat allen hiervan goed doordrongen waren, en eraan dachten dat wat ik beweer gebaseerd is op een beginsel dat het verstand en een langdurige practijk mij als juist bewezen hebben, en dat desgewenscht een ieder op eigen gelegenheid kan probeeren. Dat beginsel is, dat het paard door rationeele oefeningen waarbij het hem geoorloofd is zijn evenwicht te vinden op zijn eigen manier, en waarbij hem geen onnoodige pijnen worden toegebracht, zijn natuurlijke begaafdheden op uiterst gemakkelijke manier tot oneindig voordeel ontwikkelt, terwijl het volgzaam en onderwor pen wordt aan den wil van den ruiter. Dit als vast aannemend, willen wij eerst zien welk onderricht aan den soldaat gegeven moet worden, en hoe het huidige onderwijs vereenvoudigd kan worden. Om te onderwijzen hoe men moet op- en afstijgen, zal men zeggen de bewegingen na te doen van iemand die dit al kent. Eenmaal te paard zijnde, zal men erop letten dat de recruut de knie stil houdt tegen het zweetblad, en dat de stijgbeugelriemen 731

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 45