767 handeling doen hen weer meer naar voren plaatsen. Tusschen deze eischen dient een compromis te worden gesloten, waarbij de capaciteit der vervoer middelen een grooten invloed heeft. De in 4 oorlogsjaren opgedane ervaring heeft geleerd dat het zwaartepunt van den M. O. D. naar achteren kan worden verschoven, mits deze capaciteit groot is en aan het front een goede sorteering der gewonden plaats heeft. De grootste geneeskundige inrich tingen, de „höpitaux d'evacuation secondaire" werden 150 200 km. achter het front opgericht. Zij konden door 2/3 3/4 der gewonden worden be reikt, zij het na een voorloopige behandeling in dichter bij het gevechts- veld gelegen formaties. Van de overigen gedoogde de toestand vervoer over dezen afstand met de gewone vervoermiddelen niet, zij dienden dus in de laatstgenoemde inrichtingen in behandeling te blijven. Een deel van hen verdraagt geen enkel vervoer, doch een belangrijk deel zou met een snel en goed vervoermiddel wel naar de hoofdinrichtingen kunnen worden gebracht. Met het vliegtuig is in korten tijd transport over grooten afstand mogelijk. Dit ontlast het operatieterrein van een groot aantal gewonden en biedt dezen tevens de beste kansen tot herstel. In een modernen oorlog is het vervoer per vliegtuig dan ook zeker aangewezen. Schickele acht hiertoe 2 typen toestellen noodzakelijk n. 1. Iekleine toestellen, die 1 of 2 gewonden kunnen vervoeren. Zij moeten op geïmproviseerde terreinen, 5-10 km. achter het front gelegen, kunnen landen en opstijgen en dienen voor het vervoer van gewonden van de uiterste urgentie. Zij brengen deze naar hospitalen, 50-60 km. achter het front gelegen, en 2egrootere toestellen, die tot 15 patiënten kunnen vervoeren. Deze komen tot terreinen 10-15 km. achter het front gelegen en brengen de gewonden naar de groote inrichtingen, 150-200 km. achter het front. Geneeskundige tegenaanwijzingen tegen vervoer per vliegtuig zijn er weinig. Bij patiënten met een doorboring van den darmwand vreest men door de veranderde drukverhoudingen op groote hoogte meerdere kans op uittreding van darminhoud in de buikholte. Aan longpatiënten zal om dezelfde reden meermalen zuurstof moeten worden toegevoerd. De inrichting der groote toestellen is te vergelijken met die van zieken automobielen Een verpleger zal hierin de gewonden moeten vergezellen. Volgens art. 18 van de nieuwe Conventie van Genève van 1929 genieten de geneeskundige vliegtuigen onder bepaalde voorwaarden dezelfde bescherming als de overige geneeskundige inrichtingen. Ten slotte maakt de schrijver enkele becijferingen om tot een schatting van het benoodigde aantal toestellen te komen. De wereldoorlog heeft geleerd, dat van 100 gewonden er 4 van de eerste urgentie zijn, die dus voor vervoer per klein toestel in aanmerking komen, en 13 van de 2e urgentie, alzoo be stemd voor vervoer met de groote toestellen. Een divisie heeft in een groot gevecht in de eerste 2 dagen gemiddeld 600 gewonden, die voor evacuatie in aanmerking komen dwz. 24 voor vervoer overeen afstand van 5060 km. en 78 voor vervoer over 150 200 km per vliegtuig. Aannemende, dat een klein toestel 6 tochten per dag kan maken en een groot 3, heeft men per divisie noodig 6 a 7 toestellen voor 2 gewonden en 2 voor 15. Hoe meer gewonden de groote toestellen kunnen vervoeren, hoe minder vliegeniers, verplegers, enz. noodig zijn. Het aantal benoodigde toestellen vormt zeker geen bezwaar voor toepassing van de denkbeelden van den schrijver. Hij meent dan ook, dat wil de M. G. D. in een toekomstigen oorlog aan te stellen eischen kunnen voldoen, het gewondenvervoer per vliegtuig in de organisatie moet worden opgenomen". Ook voor onze verhoudingen is deze aangelegenheid het overdenken waard. Zooals de aandachtige lezer zal hebben bespeurd wordt het vraagstuk niet alleen beheerscht door het al of niet bezitten van voor het doel geëigende vliegtuigen doch voor een belangrijk deel door terreinsomstandigheden nl. of nabij de vermoedelijke terreinen van actie wordt beschikt over een voldoend aantal gunstig gelegen vliegvelden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 81