Voor landen als Duitschland en Nederland staat de zaak geheel anders. Bij niet versterkte grenzen toch is het zeer goed mogelijk, dat een aanvaller, zonder voorzien te zijn van de genoemde aanvals wapenen, in het begin van een oorlog bij verrassing een deel van het aangevallen land bezet, vóór dat het laatste de verdediging voldoende sterk heeft kunnen organiseeren. En hoe moet dan de bovengenoemde vijand worden teruggeworpen bij de tegenwoor dige groote defensieve kracht der infanteriewapenen Het Amerikaansche en andere overeenkomstige voorstellen werden aan het Bureau ter verdere bestudeering voorgelegd. Van deze voorstellen verdienen nog afzonderlijke vermelding het Rus sische en het Turksche tot wijziging van art. 1, beoogende daarin de verplichting vast te leggen om tot een belangrijke verminde ring van de bewapeningen over te gaan volgens het in het Russi sche voorstel ontwikkelde progressief proportioneele beginsel (zie vorig overzicht) en een Persisch ontwerp-resolutie tot internatio nalisatie van alle oorlogsindustrieën. De over art. 1 gevoerde beschouwingen duurden tot 22 April. De bereikte resultaten zijn neergelegd in een viertal resoluties, welke hieronder achtereenvolgens worden vermeld en voor zoo ver noodig in het kort toegelicht. a. Resolutie van 19 April: „De vermindering als voorzien in art. 8 van het Pact moet „in toenemende mate worden verwezenlijkt door elkaar met „behoorlijke tusschenruimten opvolgende herzieningen, nadat 810 Art. 8 van het Volkensbondspact luidt: De leden van den Bond erkennen, dat de instandhouding van den vrede de vermindering eischt van de nationale bewapeningen tot het minimum veree- nigbaar met de nationale veiligheid en met de uitvoering der internationale verplichtingen in geval van gemeenschappelijke actie. De Raad rekening houdende met de aardrijkskundige ligging en de bijzondere omstandigheden van eiken Staat, zal plannen voorbereiden tot deze vermin dering, ter fine van onderzoek en beslissing door de verschillende Regeeringen. Deze plannen moeten ten minste eens in de 10 jaren opnieuw worden overwogen en zoo noodig herzien. Na hunne aanvaarding door de verschillende Regeeringen kan de aldus vastgestelde grens der bewapeningen niet worden overschreden zonder toe stemming van den Raad. De leden van den Bond, overwegende dat de vervaardiging van munitie en oorlogstuig door particulieren aanleiding geeft tot ernstige bezwaren, dragen den Raad op, te rade te gaan omtrent de maatregelen geschikt om de nadeelige gevolgen daarvan te voorkomen, daarbij rekening houdende met de behoeften der Bondsleden, die de munitie en het oorlogsmateriaal, noodig voor hunne veiligheid, niet kunnen vervaardigen. De leden van den Bond verbinden zich, elkander wederkeerig op de meest open en volledige wijze alle inlichtingen te verstrekken betreffende de schaal hunner bewapeningen, hunne militaire, maritieme en iuchtvaartprogramma's en den staat van diegene hunner industrieën, welke aan oorlogsdoeleinden kunnen worden dienstbaar gemaakt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 36