de Britsche expeditionaire troepen in Frankrijk in 1914, waarbij werd geconstateerd, dat „verzuimd was een verantwoordelijk ouder officier van gezondheid toe te voegen aan den staf der expeditie, waardoor belangrijke vraagstukken betreffende het strategisch gebruik der medische eenheden niet konden worden besproken en waardoor elke schakel tusschen den geneeskundigen dienst van het veldleger en den etappendienst ontbrak". De harmonische samenwerking tusschen M. G. D. en generalen staf, die in het Engelsche leger in het begin van den wereld oorlog aanvankelijk ontbrak en later slechts onder den druk der publieke opinie tot stand kwam, bleef tenslotte ook definitief gehandhaafd als een eerste eisch voor het oplossen van de medisch- militaire moeilijkheden in oorlogstijd. Thans nog een enkel woord over Het belang van de Militaire opleiding voor de Geneeskundige taak te velde. De geneeskundige dienst maakt een essentieel onderdeel uit van het leger en mag niet beschouwd worden als iets op zich zelf staands. Wanneer hij in oorlogstijd goed zal willen function- neeren is daartoe een behoorlijke voorbereiding tot deze taak in vredestijd noodig. Indien daarbij het probleem van den gewondenafvoer meer werd beschouwd als een „tactisch terugtrekken van troepen onder speciale omstandigheden" zou dit onderdeel van de gevechts handeling zich wellicht in een grootere belangstelling ook van de zijde der troepencommandanten mogen verheugen. Zij zouden zich er meer rekenschap van geven, dat het vraagstuk van het verzamelen, afvoeren en verzorgen van de gewonden inderdaad een belangrijk onderdeel van de krijgskunst vormt. De omvang en intensiteit der geneeskundige oorlogsopleiding wordt als vanzelfsprekend door de beschikbare financiën aan banden gelegd, maar ten allen tijde zal als minimum effect moeten worden bereikt een op militair medisch gebied goed getrainde kern van officieren van gezondheid, berekend voor medisch- taktische functies en in het bijzonder in staat tot het voeren van een commando over de medische eenheden te velde. Daarnaast zal steeds zóó veel geoefend kader van den hospi- taaldienst beschikbaar moeten zijn, om althans de formatie van dié medische eenheden, die direct te velde benoodigd zijn, te kunnen bezetten. Wanneer aan deze opleidingseischen evenals aan een soepele samenwerking met den generalen staf wordt voldaan, is daarmede een goede basis gelegd, waardoor verwacht mag worden dat de militair geneeskundige dienst in een toekomstigen oorlog aan de hem te stellen eischen op bevredigende wijze zal kunnen voldoen. 986

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 112