aanzienlijke plaats was met groote rijstvoorraden en ten slotte
de handelshaven van Montrado, zoodat men door een bezetting
van die plaats zonder meer, Montrado reeds ontzaglijk veel
moeilijkheden in den weg kon leggen.
In de militaire opdracht stond helaas ook, dat voor de bereiking
van het militaire doel sub. b en sub. c, c.q. een 2e expeditie
kon worden afgewacht en „dat de expeditie verder in afwachting
van meerdere strijdkrachten van Java, voorloopig een defensieve
houding moest aannemen en door het afsnijden van alle gemeen
schappen, den val van Montrado moest voorbereiden".
De geheele expeditie bleek dus veel te krap opgezet en de
restricties in de doelstelling waren het gevolg van de voor de
regeering zeer ongunstige politieke omstandigheden.
De vermeestering van Pemangkat. (Zie bijlage V).
Het optreden van den Overste Sorg met zijn betrekkelijk geringe
troepenmacht verdiende niets dan lof.
Bij een critische beoordeeling van de actie moet worden uitge
gaan van het feit, dat de Commandant niets van een bezetting
van Pemangkat afwist en evenmin van een later bericht, dat
Sambas niet belegerd was.
De Exp. Commandant koos daarom als le operatie-object
Sambas en als 2e operatie-object Pemangkat, wat natuurlijk vol
komen juist was.
Toen echter op 20 Augustus het eerste gedeelte van de exp.
troepenmacht voor Pemangkat aankwam, (de troepenmacht kwam
n.l. van Java via Pontianak in 3 échelons aan), bleek deze plaats
zwaar bezet.
Waar intusschen duidelijk werd, dat Sambas niet belegerd werd,
en een verder opstoomen naar die plaats, ondanks de bezetting
van Pemangkat wel mogelijk zou zijn, terwijl anderzijds aan een
directe operatie tegen laatstgenoemde plaats niet te denken viel,
besloot de Exp. Commandant Sambas als concentratiepunt te
kiezen en aldaar alle voorbereidende maatregelen te treffen en de
noodige besprekingen te houden met het Civiel Bestuur.
De voorbereidende maatregelen getuigden van sublieme samen
werking tusschen militair (tevens opperste) en maritieme leiding
(aan de expeditie namen n.l. ook deel enkele oorlogsbodems,
t.w. het 5. 5. Borneo, de schoener de Haai en enkele kruisbooten).
Bovendien was de medewerking van het Civiel Bestuur uit
stekend; door de goede plaatselijke kennis en de vele hulp, heeft
het Bestuur veel bijgedragen tot het slagen van de actie, althans
tot de verovering van Pemangkat.
Het feit, dat de Overste Sorg van meet af aan van plan was,
den vijand te omtrekken, was vermoedelijk een uitvloeisel van
898