sloten worden geacht; ook het volgen van het doel tot verder dan 10 KM. zal slechts bij uitzondering mogelijk zijn. Een lucht doel zal zich in gunstige gevallen dus hoogstens 10 minuten aan waarneming, en, mede tengevolge van de reactie van den vlieger op het vuur, slechts een gedeelte van dezen tijd aan beschieting blootstellen. Het bepalen van de schietgegevens moet daarom in zéér korten tijd geschieden, zoodat, in verband met den gecompliceerden aard van het vraagstuk, speciale snelle methoden, en min of meer automatische meet- en rekeninstrumenten worden vereischt. Aangezien het schietklaar maken van het geschut eenige secunden kost, en voorts de projectielen der artillerie zich nog niet met de snelheid van het licht voortbewegen, verstrijkt er nog geruimen tijd „voorlooptijd" 2) alvorens het resultaat der berekeningen is omgezet in een springpunt op meerdere kilometers afstand. Noodgedwongen wordt nu bij het bepalen van het ontmoetings punt van projectiel en doel de „trefplaats" uitgegaan van de aanname, dat het doel gedurende dezen voorlooptijd zijne bewe ging onveranderd voortzet. Weliswaar is deze aanname inderdaad zeer aannemelijk, (vooral zoolang het doel bezig is met de uit voering van bv. een bombardements- of foto-opdracht, en daarbij niet wordt gestoord), het feit blijft echter bestaan, dat de vlieger zich door het maken van onregelmatige bewegingen gewoonlijk zonder veel moeite aan het vuur kan onttrekken, zoodra hij be seft, dat vliegen volgens de aanname gevaarlijk begint te worden. Een langdurige, onafgebroken beschieting heeft dus geen zin, zoodat men aangewezen is op korte vuurstooten, waarvan de duur afhankelijk is van de bewegingsmogelijkheden van het doel (formatie en type). Het is gemakkelijk in te zien, dat de eerste vuurstoot door zijn verrassende werking de meeste kans op mo- reele en materieele resultaten heeft, en dat het aantal, met rede lijke kans op uitwerking op eenzelfde doel af te geven vuurstoo ten meestal vrij gering zal zijn. Zonder diep in te gaan op de technische zijde van het vraag stuk, zij hier ten aanzien van de nauwkeurigheid der voorberei ding het volgende opgemerkt: De mate van juistheid der schietgegevens is in de eerste plaats afhankelijk van de gedragingen van het slachtoffer zelf. Door een onverwachte wending kan de vlieger alle berekeningen waar- 956 De tijd, gedurende welken een rechtuitvliegend doel zichtbaar is, heeft een maximale waarde, indien de grondsnelheid zoo klein mogelijk is, en het doel op betrekkelijk geringe hoogte recht over den waarnemer heen vliegt. Hoewel bij tegenwind de grondsnelheid van een modern vliegtuig zeker min der dan 120 KM/uur kan bedragen, is hier een dergelijke snelheid reeds als „gunstig" aangemerkt. 2) Voorlooptijd doode tijd (voor transmissie van de schietgegevens en bediening van het geschut) vluchttijd van het projectiel.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 82