Bij alle pogingen tot verbetering van de nauwkeurigheid der
bevelsmiddelen dient men tenslotte in het oog te houden, dat
gestreefd moet worden naar een harmonisch samenstel, in dier
voege, dat de nauwkeurigheid van de verschillende instrumenteele
deelen van denzelfden graad behoort te zijn.
De nauwkeurigheid van het vuur is, zooals hiervoor werd be
toogd, onder zekere omstandigheden, ofschoon dan nog slechts
in betrekkelijk geringe mate afhankelijk van de grootte van den
voorlooptijd. De verschillende factoren, welke van invloed zijn op
den voorlooptijd, zullen daarom hier eveneens aan een korte
beschouwing worden onderworpen. Deze factoren zijn
de aanvangssnelheid van het projectiel;
het kaliber
de ballistische eigenschapppen van het projectiel;
de constructie van de affuit;
de transmissie-middelen.
a. De aanvangssnelheid van het projectiel.
Door vergrooting van de V0 kan de vluchttijd belangrijk worden
bekort. Bij overmatige opvoering van de aanvangssnelheid is echter
de winst aan vluchttijd, tengevolge van de sterke toename van
den luchtweerstand, betrekkelijk gering. De winst aan voorlooptijd
en daarom gaat het toch is zelfs geheel te verwaarloozen de
zeer groote aanvangssnelheden zijn nl. slechts te verkrijgen door
middel van onevenredig vergroote ladingen, gepaard met een
sterke toename van patroonlengte en patroongewicht, welke een
grooteren dooden tijd (en een geringere vuursnelheid) veroor
zaken.
b. Het kaliber.
Door het kaliber en daarbij de belasting op de dwarsdoorsnede
van het projectiel te vergrooten, wordt de vertraging tengevolge
van den luchtweerstand verminderd, en zoodoende de vluchttijd
bekort. Echter moet wel in het oog worden gehouden, dat de
luchtweerstand bij het luchtdoelvuur een kleinere rol speelt, dan
bij het vuur onder betrekkelijk geringe elevaties, doordat een groot
deel van de banen der luchtdoelartillerie in hoogere luchtlagen
962
Voorts is de slijtage van het geschut bij de momenteel toegepaste kruit-
soorten ongeveer evenredig met het quadraat van de V0; weliswaar kan
men, zoo dra de spreiding ontoelaatbaar groot is geworden, de schietbuis of
kernbuis tegen een nieuwe verwisselen, het bezwaar blijft echter bestaan,
dat bij sterk opgevoerde aanvangssnelheden de dV0, door het uitgeschoten
raken van het kanon, aan snelle verandering onderhevig is, zoodat de fout
op de voorbereiding belangrijke afmetingen kan aannemen.
Wat betreft den invloed van de grootere eindsnelheid op de scherfsnelfieid,
deze is slechts gering; de lengtespreiding van de springpunten daarentegen
neemt evenredig met de eindsnelheid toe.