1104 schut. Van de 12 genoemde esc. hadden er 3 de moderne Hawker „Fury", 7 de eenigszins verouderde Bristol „Bulldog" en 2 de nog oudere Armstrong Whitworth „Siskin'. De aanvaller beschikte over 7 dagbombardeeresc., waar van er 3 met de moderne Hawker „Hart" en 4 met de iets oudere maar toch nog altijd volwaardige Fairy III F of „Oordon" en Westland „Wapiti uitge rust waren. Bovendien beschikte Z. land nog over 7 nachtbombardeeresc., oudere vliegtuigen, hetgeen vooral in het lage plafond tot uitdrukking komt. Blijkens de genomen scheidsrechterlijke beslissingen bleken de nachtbomb. vltn dan ook naar verhouding veel grootere verliezen te hebben geleden dan de dagbomb. vltn. Aan de laatste gelukte het herhaaldelijk de aanvallen door te zetten door omtrekking van de jachtvliegtuigafweer. Doch ook in de de gevallen, waarin bij dag gevechtsaanraking werd verkregen, gelukte in de meeste gevallen, althans gedeeltelijk, het doorzetten van den bomaanval. De vlieghoogte bij die bomaanvallen wordt niet genoemd, zoodat niet beoor deeld kan worden of het ongunstige resultaat van de verdedigende jagersesc. moet worden geweten aan de groote vlieghoogte van de bombardeeresc. derhalve aan te langen stijgtijd der verouderde jagers of wel dat de waar schuwingsdienst te langzaam of onvoldoende nauwkeurig heeft gewerkt. Het laatste schijnt in elk geval bij deze manoeuvres ook voorgekomen te zijn. Geneeskundige dienst. Mavors Jun 1932 No 6. In „Op het gevechtsveld" bespreekt W.S.Göbel, Dir. O. v. G. 3e kl. enkele begrippen betreffende den geneeskundigen dienst te velde. Het ontstaan van gewondennesten verklaart schr. psychologisch a.v. „Verkeerde hij tot nu toe in een roes van onverschilligheid, een toestand van geestelijke overspanning, die hem gedurende de verschillende phasen van den strijd voor alle lichamelijke vermoeienissen ongevoelig maakte dat alles verandert meestal als bij tooverslag op het oogenblik, waarop een soldaat door een vijandelijke kogel of granaatscherf getroffen wordt! Dan toch maakt gewoonlijk plotseling een gevoel van algeheele afmatting zich van hem meester, en tengevolge van deze lichamelijke oververmoeidheid, die tevens gepaard gaat met een moreele inzinking, heeft hij nog slechts één enkele gedachte, één wensch zoo spoedig mogelijk de plek te verlaten, waar hij gekwetst werd en waar hij zich niet langer veilig voelt. Wanneer het hem dan ook maar eenigszins mogelijk is zich te bewegen, zal hij trachten zoo spoedig doenlijk achter een aarden wal, onder struikgewas of in een terreinplooi dekking te vinden. Een goede kameraadschap breng met zich, dat een onge kwetste of slechts licht gewonde medestrijder hem daarbij zoo noodig hulp verleent door bv. met zijn pionierschop den grond vóór hem op te hoogen om hem zoodoende een betere beschutting te verzekeren tegen het vijandelijke geweer- en mitrailleurvuur. Een en ander heeft ten gevolge, dat men na elk gevecht de gewonden meestal groepsgewijze in het terrein aantreft op verschillende meer of minder dekking biedende plaatsen van het gevechtveld; zulke groepen van gekwetsten noemt men gewondennesten". Stryd tegen verzetslieden. Mavors Oct. 1932 No. 10. Binnenlandsche Onlusten door E. E. T. Duif er, le Lt. S. R. O. G. D. Wel heeft, zegt schr. Siegfried Nacht in zijn werk „De Generalstreik und die soziale Revolution" de volksleiders voor revolutie pogingen gewaarschuwd door te schrijvenDie heroïsche und romantische Periode der Barrikaden- revolution ist überlebt, und jeder ahnliche anackronistische Versuchwiirde bald im Blut der Arbeiter erstickt worden", maar veiliger is het toch, ook in onze verhoudingen, met pogingen tot omverwerping van het wettige gezag terdege rekening te houden. Schr. beschouwt voorts de wijze van optreden van de opstandelingen, die den guerilla-oorlog voeren (optreden als franc-tireurs drukt n. o. m. het begrip beter uit). Zij zijn moeilijk te herkennen, gebruiken in de straten de massa,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 112