dan blijkt uit deze berekening, dat de algemeene bevelhebber niet te lang mag wachten met de vaststelling van Av. pl.(n) en met de bepaling dat aldaar de munitie van de Div. A. C. mag worden ontladen, want rekent men nog gemiddeld 1 uur voor het doorwerken van het bevel, dan is eerst na verloop van 8 a 9 uren een rantsoen aangetrokken. De vroegtijdige bepaling hiervan heeft echter ook groote na- deelen, vooral bij een beweeglijk gevecht waarvan de uitslag onzeker is, want bij een onverhoopten terugtocht gaat dan ver moedelijk een groot deel der ontladen munitie verloren. Beschikt de Divisie echter over aparte autoformaties dan wordt de toestand gunstiger. Deze kwestie dient in ieder geval afzonderlijk zorgvuldig overwogen te worden. In den Divisiestaf worden de technische uitvoeringsbepa lingen geregeld door het Hoofd van den Transportdienst in overleg met den speciaal voor de verzorging der munitieaan gelegenheden aan den D. A. C. toegevoegden officier (die volkomen op de hoogte is van de door den Div. Cdt. in overleg met den D. A. C. genomen besluiten). ad 3. Voor dit vervoer, hetwelk wordt verricht door de muni tievoertuigen van de 1. mun. cols. en die van de gevechts batterijen, dient in de Divisie een centrale regeling ontworpen te worden, teneinde te voorkomen, dat zich verkeersstrem mingen voordoen. Zoo zal de D. A. C. bepaalde aanwijzingen moeten geven voor de opstellingsplaatsen der 1. mun. cols., alsmede voor de door hen te volgen wegen en circuits, waarbij het één-richtingsverkeer aanbeveling verdient. Werd zulks aan de Afd. Cdtn. overgelaten, die het groote verband niet kunnen overzien, dan is de kans op wrijvingen zeer groot. Deze verkeersregeling wordt wederom door het Hoofd van den Transportdienst opgemaakt in overleg met den op vorige blz. genoemden munitie-officier van den D. A. C. en in over eenstemming met het vastgestelde groote raam. Bij dit vervoer zijn de volgende gevallen te onderscheiden: a. Houwitsers, (zie Bijlage III). Daar de auto's van de gevechtsbatterijen en die der 1. mun. col. van hetzelfde type (2 ton) zijn en dus even dicht bij de stellingen kunnen komen, verdient het aanbeveling om deze auto s na het in stelling komen onder eenhoofdige leiding te plaatsen en wel onder den Cdt. der 1. mun. col. De gang van zaken kan hierbij als volgt zijn: De B. Cn. bepalen bijv. per stuk 1 munitieauto in of zoo dicht mogelijk nabij de stelling ontladen, 1066 Het spreekt vanzelf, dat de tactische- en terreinsomstandigheden in elk geval afzonderlijk beschouwd moeten worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 74