Het handelsproduct is een zware, olieachtige, donkerbruine vloeistof. Volgens de Amerikanen is de stof zeer weinig vluchtig en blijft zij na het verschieten of verstuiven in het terrein zeer langen tijd nawerken in gunstige omstandigheden soms 30 dagen en langer. Blijkens onderzoekingen van Dr. Ulrich Müller is de stof echter onder bepaalde omstandigheden persistent, n.l bij droog koud weer. Aangezien Camite reeds bij een temperatuur van 100° ontleedt, kan het bezwaarlijk in gasprojectielen worden gebruikt. Verscho ten in projectielen met groote springlading wordt het door de explosiewarmte ontleedt. Camite heeft bovendien nog het groote nadeel metalen sterk aan te tasten, waardoor bij de bereiding van de stof vele moeilijkheden moeten worden overwonnen, zoodat, alles bij elkaar genomen, deze stof niet als een aanwinst kan worden beschouwd. Chlooracetophenon. Geheel anders is het daarentegen gesteld met chlooracetophe non, ook C. N.stof genoemd. CN. werd reeds in 1869 door Graebe ontdekt, doch niet in den afgeloopen oorlog vervaardigd omdat het groote traanverwekkende vermogen eerst na den oorlog door de Amerikanen werd ontdekt. CN. is een vaste stnf (gelijkt uitwendig op ruw zout), heeft een smeltpunt van 58° en heeft een zoo lage dampspanning, dat het bij verhitting (kookpunt 247°) een nevel vormt. Het komt echter niet zooals bij blauwkruis altijd als nevel in de atmospheer, doch uitsluitend bij hooge concentraties. CN. kan dus, afhankelijk van temperatuur en dichtheid (concentratie), als gas en als nevel voorkomen, zoodat men, om er te allen tijde tegen beschermd te zijn, een vullingbus moet gebruiken voorzien van een nevelvan ger en actieve kool. CN. heeft een typische aromatische reuk. Bij 0,3 mg./Kub. m. werkt het reeds prikkelend op de slijm vliezen van de oogen, bij 0,5 mg./Kub. m. traanverwekkend bij 1 mg./Kub. m. neusprikkelend. Bij 2 mg./Kub. m. is het gebruik van de oogen uitgesloten, sterke prikkeling in den mond (vooral bij mondademhaling, lichte huidprikkeling en bij 5 mg./Kub. m. is het oponthoud na enkele secunden onverdraaglijk. Bij sterkere concentraties wordt de huidprikkeling, ook met opgezet gasmasker, ondraaglijk (proeven van Dr. Keller en Dr. Ulrich Müller). De Ook h.t.I. zijn met deze stof proeven gehouden teneinde na te gaan of CN. als traangas in de gaskamer, voor het controleeren van de gasmas kers, bruikbaar wasdeze stof heeft n. I. tegenover broomaceton het groote voordeel dat het in de tropen onbeperkt lang goed blijft. Hierbij bleek dat men, om geen last van de huidprikkelingen te ondervinden, met zulke lage concentraties moet werken, dat kleine lekkages in het gasmasker niet meer zoo vlug kunnen worden aangetoond. Momenteel 1076

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1932 | | pagina 84