7. DE DEELNAME VAN DE HOLLANDSCHE RUITEREQU1PE
AAN DE OLYMPISCHE SPELEN TE LOS ANGELES
IN AUGUSTUS 1932.
door
K. J. SCHUMMELKETEL,
le Luitenant der Cavalerie.
Van verschillende zijden is mij het verzoek gedaan om een en
ander over bovenstaand onderwerp mede te deelen.
Uit den aard der zaak is het natuurlijk ondoenlijk om een ieder
te bevredigen, daar men in een periode van 3'/2 maand zooveel
meemaakt, dat het vertellen waard is, dat ik meen het beste te
doen door slechts een overzicht van den geheelen tocht van de
Nederlandsche-equipe te geven.
De Voorbereiding.
De voorbereiding voor de Olympiade is feitelijk reeds aange
vangen na afloop van de IXe Olympiade is Amsterdam.
De Koninklijke Militaire Sportvereeniging is het lichaam bij
uitnemendheid, dat de leiding van de voorbereiding voor de
ruiterwedstrijden heeft. Door in de wedstrijden een bepaalde
opklimming te leggen en door het uitschrijven, zoowel van zware
als lichte cross-country's, dressuurproeven, military's wint zij
steeds weer nieuwe krachten, terwijl de oudere officieren alle
zeilen moeten bijzetten om hun verworven roem te handhaven.
Als gevolg van deze systematische werkwijze en als bewijs dat
de K. M. S. V. op den goeden weg is, won Nederland het indi-
vidueele Kampioenschap op de Olympiade te Parijs in 1924
(Lt. v. d. Voort van Zijp), te Amsterdam in 1928 (Lt. Pahud de
Mortanges) en thans wederom te Los Angeles (Lt. Pahud de
Mortanges), terwijl in 1924 de equipe de le prijs behaalde, in
1928 eveneens en in 1932 de 2e prijs. Resultaten die niet ge
makkelijk overtroffen kunnen worden (Nederland nam voor het
eerst in 1924 met een equipe aan de ruiterwedstrijden deel).
Na in 1930 haar gewone „dubbele cross-country" te hebben
gehouden, werd door de K. M S.V. in het voorjaar van 1931
een military uitgeschreven bestaande uit de welbekende dubbele
cross in de omgeving van Ede en Arnhem en den daaropvol-
genden dag een springconcours te Arnhem. Dubbele cross bestond
1085