Het werk „geschiedenis van de werkelijke opvolging van de
goddelijke Keizers", uitgegeven in 1339, bevattende de Japansche
geschiedenis vanaf de vroegste tijden tot 1335, vermeldt die
geheele afstamming en noemt Japan tevens „een goddelijk land"
omdat het op last, van en door de goden gemaakt is.
De Keizer „Zoon der Zon" of door Chineezen invloed „Zoon
des Hemels" genoemd stamt van die goden af en neemt onder
de godmenschen de eerste plaats in.
Volgens Japansche beschouwingen stamt het volk af van den
eersten Keizer en dit is de reden waarom Keizer en volk één
familie uitmaken, het geheele volk zich als één groote eenheid voelt.
De Keizer vormt als het ware het middelpunt waarom zich alles
beweegtnaar dat onveranderlijke middelpunt richt zich alles en
zal zich alles blijven richten, zoolang de fundamenteele geest
onaangetast blijft.
Opmerkelijk is in dit verband dat Japan zooveel van het
buitenland heeft overgenomen, maar telkens is weer opnieuw
gebleken dat, wat zich niet naar dat middelpunt kan richten
eenvoudig wordt uitgestooten, verworpen.
De Keizer wiens symbool van regeering is, het bezit van de
„drie Heilige schatten", de spiegel, het juweel en het zwaard, is
tegelijk de incarnatie van het morale systeem van het volk en van
de historie. Hij is onfeilbaar, faalt hij, dan is dit de schuld van
het volk en zoolang het volk geen fouten maakt, is er ook geen
fout bij den Keizer. Hij is niet louter een politiek regeerder, hij
heeft zijn macht niet verzekerd door militaire veroveringen, een
Keizer bestijgt den troon uit kracht van zijne deugden en de wil
van het volk is zijn wil. Daarom maakt het Japansche volk zich
den wil van den Keizer tot richtsnoer van zijne gedachten en daden.
In den loop der tijden is de macht van den Keizer niet altijd
dezelfde geweest, groote strijd is er gevoerd wie de macht in
handen zou krijgen, civiele of militaire partij, een partij die den
Keizer veel invloed wilde toekennen of het omgekeerde, ook zijn
er voorbeelden dat de daden van Keizers niet onbekritiseeid
kunnen blijven, soms hadden zij hoegenaamd geen politieke macht,
maar altijd behielden zij de souvereine rechten.
Ofschoon Japan afgesloten was van de buitenwereld schreed
de beschaving gestaag voort en in vorm werd bereikt wat ook
in de Westersche landen bereikt was. Na de openstelling van
Japan, waarin Nederland zoo'n belangrijke rol gespeeld heeft,
viel er heel wat te leeren, waarvan dan ook gretig gebruik ge
maakt werd.
Volgens het voorbeeld van de Westersche naties kreeg Japan
gedurende de regeering van Keizer Meiji een constitutie, maar die
•constitutie is alleen de historische geest met woorden neerge
schreven. Zij is niet door het volk aangenomen om de macht
van den regeerder te beperken en ook is zij niet tot stand geko-
3