tusschen schootsrichting en windrichting, steeds in de richting
van den wind plaats heeft en een functie is van windsnelheid
en bv. vluchttijd. Om de wenschelijkheid van dergelijke metho
den echter ten volle te kunnen beoordeelen, zal men dienen te
wachten tot de nog in een ontwikkelingsstadium verkeerende
luchtdoel-ballistiek meer licht over deze aangelegenheden zal
hebben geworpen.
Voorloopig kan slechts worden vastgesteld, dat men beter doet
de verwerking tot schootstafeldata niet te ver te automatiseeren,
daar de mechaniek van een geautomatiseerd toestel zich slecht
kan aanpassen aan veranderde ballistische gegevens, waardoor
men bovendien gebonden is aan de combinatie vuurmond-lading
projectiel, welke bij de constructie van het vuurleidingstoestel
als punt van uitgang is aangenomen.
6. Het bepalen van de schietgegevens.
De schootsrichting wordt gevonden, door bij de zijdelingsche
richting van de trefplaats de CD en de zijdelingsche correctie
voor wind op te tellen.
De elevatie kan worden verkregen door optelling van doelhoek
van de trefplaats, richthoek, ballistische en atmosferische cor
recties.
De tempeering wordt meestal bepaald door den vluchttijd te
corrigeeren voor het verschil tusschen dit gegeven en de tem
peering. Deze tempeering moet, alvorens naar de stukken te
worden overgebracht, nog worden gecorrigeerd voor ballistische
en andere correcties en z. n. voor laadtijd, d. i. de tijd, welke
verloopt tusschen het moment van meten van de tempeering en
het moment van afvuren.
De zijdelingsche voorhoudhoek kan worden gevonden door
het verschil te bepalen tusschen de zijdelingsche richting naar de
meetplaats en de schootsrichtingevenzoo kan de verticale voor
houdhoek worden berekend, door het bepalen van het verschil
tusschen den doelhoek van de meetplaats en de elevatie.
C. ALGEMEENE BEGINSELEN VAN LUCHTDOEL-
AFSTANDMETERS.
1. Inleiding.
De afstandmeting is een van de belangrijkste onderdeelen van
de vuurleiding, daar de uit den afstand afgeleide hoogte een uit
gangspunt vormt voor de berekeningen, die noodig zijn ter be
paling van de schietgegevens.
De hiervoor gebruikte instrumenten berusten in het algemeen
op de volgende beginselen: