vacantie uiteen te gaan, spijkers met koppen te slaan en het tot dusverre door de Ontw. Conf. bereikte resultaat in een besluit vast te leggen. Aan Sir John Simon werd door het Bureau op gedragen daarvoor een resolutie te ontwerpen, waarmede natuur lijk eenige tijd gemoeid zou zijn. Een moeilijkheid was o. a. hoe in dat besluit het Amerikaansche voorstel zou moeten worden verwerkt, daar voor eenige zakelijke uitspraak nog geen stof aan wezig was en na de algemeene manifestatie ten gunste een negeeren daarvan niet wel mogelijk was. Dit toch was het ge voelen, dat zich na die manifestatie al gauw van de conferentie meester maakte, toen het er op aan kwam de nuchtere feiten vast te stellen. Intusschen werden de onderlinge besprekingen hervat, waarbij de algemeene lijnen van het voorstel-Hoover nader in beschou wing werden genomen. De uitkomst dezer besprekingen was een door den algemeenen rapporteur Benesj (den eersten gedelegeerde van Tsjechoslovakije), die Sir John Simon had vervangen wegens ontbieding van laatstgenoemde naar Londen, opgestelde ontwerp resolutie, welke in de vergaderingen van de Algemeene Commissie op 20, 21, 22 en 23 Juli werd besproken en op laatstgenoemden datum met enkele wijzigingen door die commissie aangenomen met 41 stemmen vóór, 2 tegen (Duitschland en Rusland) en 8 onthoudingen (Afghanistan, Albanië, Oostenrijk, Bulgarije, China, Hongarije, Italië en Turkije). III. De resolutie van de Algemeene Commissie op 23 Juli 1932. Deze bestaat uit vijf gedeelten, n. 1. I de inleiding, II conclu sies van de eerste phase der conferentie, III voorbereiding van de tweede phase, IV algemeene bepalingen en V het bewape ningsbestand. I. De inleiding. Deze bevat eenige vriendelijke en waardeerende woorden aan het adres van het voorstel-Hoover en voorts een aantal overwe gingen zonder practisch belang met als besluit „(The Conference) decides forthwith and unanimously (noch „dit deel, noch de geheele resolutie werd echter eenstemmig „aangenomen, zoodat deze verklaring onjuist is) guided by the „general principles underlying President Hoover's declaration „1. That a substantial reduction of world armaments shall be „effected to be applied by a general convention alike to land, „naval and air armaments. „2. That a primary objectieve shall be to reduce the means „of attack." 86 A. DE INHOUD.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 86