1. DE KOMENDE REORGANISATIE VAN HET LEGER OP JAVA door Jhr. J. M. R. SANDBERG, lste Luitenant der Artillerie. Het gelijknamige artikel van den kapitein van den Generalen Staf R. B. van Dijken (I. M. T. 1932 No. 12), waarin de komende reorganisatie van het Javaleger meer in details aan de openbaar heid werd prijsgegeven en waarvan de inhoud als bekend wordt aangenomen, stelde ons niet in staat ons een volledig beeld te vormen van onze toekomstige organisatie, en doet daarom ver schillende vragen opkomen. Vooropstellende dat het doel van de reorganisatie was de uitgaven voor het leger in belangrijke mate te verminderen de begrooting van Oorlog diende van 74 millioen in 1931 en 64 (herzien tot 59) millioen in 1922 tot 50 (aanvankelijk 56) millioen in 1933 te worden teruggebracht—, terwijl voorts aan de twee ledige taak moest worden vastgehouden, kan het resultaat niet anders dan gelukkig worden genoemd, aangezien ondanks de hergroepeering, welke gezien de gestelde financieele limiet op sommige plaatsen een verzwakking moest beteekenen, toch oogen- schijnlijk een harmonisch geheel werd verkregen, dat, mits mo dern uitgerust, toch nog altijd een aanzienlijke gevechtskracht vertegenwoordigt. In welke mate dit is bereikt, valt bezwaarlijk op te maken uit hetgeen thans bekend is. Wellicht dat beantwoording van onderstaande vragen dit inzicht kan verhelderen. Infanterie. Bij de nieuwe organisatie doet zich als het kenmerkende feit voor, dat het aantal beroepscompagnieën infanterie gelijk is ge bleven, echter op andere wijze samengevoegd, waarbij om der wille van de bezuiniging o.m. het aantal regimenten van 6 tot 4 werd verminderd en, als gevolg daarvan, ook het aantal mitrail leurcompagnieën tot 4 werd beperkt. 109 Sedert werd de nieuwe opstelling van de oorlogsbegrooting 1933 door de Regeering den Volksraad aangeboden. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 1