door de anoxyhaemie welke de osmotische uitwisselingen bena
deelt.
Hoewel phosgeen geen toxischen invloed uitoefent op de hart
spier, veroorzaakt het belangrijke secundaire nadeelen. De anoxy
haemie benadeelt de voeding van het hart evenals van de vitale
centra in de hersenen. De bijna teerachtige consistentie van het
bloed eischt veel meer kracht van het hart om het door de capil-
lairen te stuwen. De spierspanning met de sterke dyspneu geeft
nog sterkere uitputting van het hart. In het stadium van longoe
deem geeft de blokkeering van de circulatie in de longen een
zware taak aan het rechterhart. In doodelijke gevallen loopt de
pols op tot 160 of 180 per minuut, wordt klein en onregelmatig,
en houdt eindelijk geheel op.
De anoxyhaemie bij phosgeenvergiftiging vertoont twee typen,
te weten een anoxisch en een statisch type. Bij een normaal indi
vidu is de zuurstofverzadiging van de lichaampjes in het arterieele
bloed tusschen 94 en 98 Bij anoxyhaemie ten gevolge van phos
geenvergiftiging is dat veel lager. Zelfs een geringe physieke
inspanning kan onder deze omstandigheden de nog kleine aan
wezige reserve hoeveelheid zuurstof verbruiken en de zuurstof
verzadiging op een dusdanig punt brengen, dat de hart- en de
ademhalingscentra van de hersenen niet meer werken. Op deze
wijze worden de gevallen verklaard, waarin bij phosgeenvergifti
ging na een geringe beweging van de patiënten de dood optreedt.
Patiënten die anoxyhaemie door verschillende gassen hebben,
worden naar hunne klinische verschijnselen in twee groepen ver
deeld blauwe en grijze. Het essentieele verschil hiertusschen
wordt gevonden in de hoeveelheid kooldioxyde in het bloed. In
de blauwe gevallen is de hoeveelheid koolzuur toegenomen en
vertoont de patiënt een ernstige cyanose met de verwijding van
de oppervlakkige venen. De grijze gevallen hebben een abnormaal
laag koolzuurgehalte, een aschgrauw gelaat, een oppervlakkige
versnelde ademhaling en een snelle, weeke collapspols.
In het Engelsche Leger trad 81 pCt. van het aantal dooden
door phosgeenvergiftiging op in de eerste 24 uur. Na den derden
dag genezen de patiënten gewoonlijk, tenzij een compliceerende
bronchopneumonie is opgetreden. In ernstige gevallen, die beter
worden, blijft soms nog weken lang een bronchitis over, echter
genezen bijna al die gevallen op den duur.
Chloorgas en Chloorpricine.
Chloorgas is een tiende en een Chloorpicrine ongeveer één half
maal zoo vergiftig als phosgeen. Daarom zijn grootere concentra
ties van het eerstgenoemde noodig om gelijke toxische resulta
ten te geven. Chloorgas en Chloorpicrine echter zijn meer prik
kelend voor de slijmvliezen van oogen en ademhalingsorganen.
In acute vergiftigingsgevallen met deze agentia is het onmiddel-
151