5. DE KRIJGSGESCHIEDENIS EN ONZE VERHOUDINGEN door P. G. M. Dat bestudeering van de krijgsgeschiedenis van onschatbare waarde is bij de beoefening van de krijgswetenschappen, zal geen weerspraak ondervinden. Doch nu de practijk. Een voordracht te illustreeren met voorbeelden uit de krijgs geschiedenis baart moeilijkheden, want wat de literatuur biedt, b. v. over den wereldoorlog 1914'18, gaat voor het meeren- deel ver boven onze verhoudingen uit. Dat mag evenwel geen reden zijn om zich onvoldaan van zoo danige krijgsgeschiedkundige voorbeelden af te wenden De neiging daartoe merkten we meermalen op. Het gaat er echter slechts om wat men zoekt. De lijnen, de hoofdbeginselen zijn los van strijdertal en uit gestrektheid van het slagveld. Stond von Schlieffen bij het ont werpen en uitwerken van zijn operatieplan tegen Frankrijk niet steeds het voorbeeld van den slag bij Cannae voor den geest? En is uit de krijgsgeschiedenis niet met tal van voorbeelden (groot en klein) te staven het beginsel, dat bij elke gevechtshan deling het streven naar verrassing op den voorgrond moet staan Zij laat onverwachte wendingen zien, leert hoe die door een vaar digen geest kunnen worden opgevangen en toont aan den an deren kant de uitwerking van de verrassing, indien tijd en ruimte ontbreken om die te pareeren. Los van de verhoudingen staat b. v. ook het beginsel, dat het streven van iederen commandant er op gericht moet zijn een overmacht van strijdkrachten en strijdmiddelen te vereenigen op de plaats, waar hij de beslissing wil verkrijgen. De leeringen te putten uit voorbeelden van oorlogshandelingen in grooten stijl zijn dus wel degelijk ook van waarde voor kleinere verhoudingen. Naarmate evenwel verder in details wordt afgedaald, dienen de proporties van het behandelde geval en het voorbeeld meer met elkander overeen te stemmen. Doch ook hierbij mag geen gelijk en gelijkvormigheid verlangd worden dat zou vruchteloos zoeken zijn. Geen speuren dus naar voorbeelden, welke zich leenen tot getrouwe nabootsing. Dat mag ook niet, want „elk geval staat op zichzelf" en vraagt zijn eigen oplossing. 166

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 58