6. DE MUNITIEUITRUSTING VAN DE INFANTERIE
door
R. B. VAN DIJKEN,
Kapitein van den Generalen Staf.
In I. M. T. 1933 No. 1 onderwerpt de 1ste Luitenant der Artil
lerie J.J. Mojet de munitieuitrusting van de infanterie aan een
gedetailleerde beschouwing, welke als grondslag zal moeten dienen
voor een in hetzelfde artikel aangekondigde bespreking van de
munitieaanvulling op het gevechtsveld,-in de hoop dat het geheel
een inleiding zal kunnen zijn tot een gedachtenwisseling, om aldus
te komen tot een systeem, dat een uiteindelijke oplossing voor
het vraagstuk der munitieaanvulling kan leveren.
Hoewel het tweede hoofdstuk thans nog niet is verschenen,
geeft het eerste op organisatorisch gebied voldoende stof ter
overdenking, en is het door het afgeronde geheel, dat hierin
wordt behandeld reeds nu mogelijk terzake enkele opmer
kingen te maken.
Schrijver komt dan op grond van de, in verband met onze
thans nog geldende troepenindeeling aannemelijke, organisatie
aangegeven in Bijlage 2 van I. K. V. No. 75 tot een logischen
opbouw van de munitieuitrusting, welke alleszins bevredigend
geacht zou kunnen worden, ware het niet, dat het eindresultaat
een verhooging van het aantal munitiekarren en geleiders geeft
t. o. v. de sober opgezette organisatie van Bijlage 2 van 1. K. V.
No. 75 (Zie Noot 1 bij blz. 39 van I. M. T. 1933 No. 1).
Om verschillende redenen moeten wij in onze organisatiën zoo
zuinig mogelijk met personeel omspringen, zoodat dus alleen
daarom reeds aan de soberste nog doelmatige organisatie de
voorkeur zou moeten worden gegeven.
N. o. m. dient daarom gestreefd te worden naar een organisatie,
die v.w.b. het bij het strijdend gedeelte en den G. T. ingedeelde
aantal geleiders niet te zeer afwijkt van die in 1. K. V. No. 75.
In het onderstaande trachten wij een oplossing in die richting
te geven, zonder daarbij zekere onmiskenbare voordeelen van de
door den luitenant Mojet ontworpen organisatie prijs te geven.
In de eerste plaats treft daarin de indeeling van 4 karren bij
elke compagnie, met het uitgewerkte beladingsplan dezer karren,
waarvan de voordeelen ongetwijfeld bij de nog te verwachten be
spreking van de munitieaanvulling duidelijk uit zullen komen
hetzelfde kan gezegd worden van de verdubbeling van het aantal
169