177
7. BOEKAANKONDIGING.
Van de schrijvers ontvingen wij ter aankondiging het „Leerboek der
Tactiek voor de cadetten, bestemd voor het Leger in Nederlandsch-Indië",
door N. L. W. van Straten en B. F. A. Schilmöller, Kapiteins der Infan
terie. (Uitgave Kon. Mil. Academie, 1932).
In de eerste plaats een hartelijk welkom tot deze aanwinst voor de
Nederlandsche militair-wetenschapelijke literatuur
Het boekwerk voorziet in een behoefte, welke op de K. M. A. reeds
lang werd gevoeld. De op verschillende wijzen vermenigvuldigde dictaat-
brokken lieten zich moeilijk tot een geordend geheel samenvoegen, maakten
voor een goed deel een weinig duurzamen indruk. Daarin is nu blijvende
verbetering gekomen.
Het werk heeft een Indisch stempel. Met instemming nemen wij uit
het voorbericht de motieven van de schrijvers daarvoor over „Voor de
cadetten, in opleiding voor het Leger in Nederlandsch-Indië, werd een af
zonderlijke bewerking van de leerstof noodig geoordeeld. Als vaststaand
mag toch worden aangenomen, dat elk leger die tactische methoden be
hoort voor te staan, welke gegrond zijn op de speciale omstandigheden,
waarin dat leger verkeert. Deze speciale omstandigheden, met naine doel
stelling, personeele, materieele en geestelijke krachten, alsmede terreins- en
klimatologische omstandigheden, zijn voor het Indische Leger dermate af
wijkend van die, welke in het algemeen de tactische methoden van de
Europeesche legers beheerschen, dat deze afzonderlijke bewerking nood
zakelijk werd".
De schrijvers hebben echter bij de uitvoering van hun taak terecht geen
eng begrensd Indisch standpunt ingenomen, doch staande op den bodem
van onze verhoudingen werd de blik ook over de grenzen geslagen.
Het nut van het "boek reikt verder dan de belangen van het onderwijs
aan de K. M. A. Het zal een waardevol bezit blijken voor een ieder tot
wiens werkkring bestudeering en beoefening van de tactiek behoort. Niet
dat het leerboek een onfeilbare vraagbaak voor alle tactische problemen
zal zijn dit zullen ook de schrijvers stellig niet pretendeeren, om de een
voudige reden, dat hun arbeid ligt op een gebied waar ruimte is voor
verschil van meening en waardeering. Doch als inleider tot de kennis der
tactiek, als gids en wegwijzer in dat uitgestrekt gebied, kan het zeer goede
diensten bewijzen.
Dat de schrijvers ook Indische organisaties hebben opgenomen, ver
wijzen naar onderwerpen en punten uit onze voorschriften, daarop soms
commentaar leveren, is nuttig. Echter zullen veranderingen in de organisaties,
wijzigingen in de voorschriften aanleiding kunnen zijn tot herziening op
sommige plaatsen. Voor dengene, die zijn voorschriften bijhoudt en be-
heerscht zal het evenwel geringe moeite zijn in dat opzicht het werk bij
te houden.
Geven we tenslotte een overzicht van den inhoud van het bijkans 500
bladzijden tellende boek. Na een „Inleiding" volgt als „Eerste Deel
de „Tactiek der Infanterie" met de hoofdstukken organisatie, bewapening,
uitrusting het vuur der infanterie opstellingen en vormen der infanterie,
gevechtsorde het gevecht der infanterie in den bewegingsoorlog. Het
„Tweede Deel" „Tactiek der Artillerie" omvat de hoofdstukken de be
wapening der artillerie de organisatie der artillerie het technisch ge-