het vervaardigen van zulk een 50 (100) m. lange schraagbrug
wordt dz. geraamd op 10 (24) uur exclusief het kappen en aanvoe
ren der groote hoeveelheid benoodigde materialen. Stroomsnelheden
grooter dan 1 m. per seconde vormen al spoedig een bezwaar
voor toepassing.
Jukbruggen.
Deze kunnen worden opgevoerd tot elk voor ons leger noo-
dig geacht draagvermogen en vormen daardoor het aangewezen
type hulpbrug (zware colonnebrug). Een groote hoeveelheid mate
rialen, gereedschappen (heistelling, motorzaag enz.) en geroutineerd
personeel is vereischt. De benoodigde tijd wordtmede in ver
band met de ongeoefendheid hierin van de pioniers geschat
op een veelvoud van dien, noodig voor een schraagbrug der zelfde
overspanning, alzoo bij een lengte van 100 m. eenige dagen voor
een compagnie.
e, Geresumeerd mankeeren bij het veldleger op het oogenblik
en zoolang het hiervoren vermelde aanwezige (beperkte) voorbe
reide materieel niet is ingedeeld, voorbereide snelle overgangs
middelen en voorbereid brugmaterieel^e/zeeZ. Hieruit volgt, dat ons
huidige veldleger uitsluitend is aangewezen op geïmproviseerde
snelle overgangsmiddelen en bruggen, met de volgende belangrijke
moeilijkheden
1. Zijn de benoodigde materialen wel ter plaatse verkrijgbaar?
2. Het verkennen der vindplaatsen, het kappen en verzamelen
der materialen kost zeer veel tijd en werkkrachten.
3. Het slaan van bruggen van niet voorbereid materieel ver
eischt veel tijd en werkkrachten. Naar dz. meening moet een
lichte colonnebrug in enkele uren geslagen kunnen worden,
opdat--indien bij invallen der duisternis met den brugslag
wordt begonnen nog den zelfden nacht uiterlijk bij dag-
aanbreken de troepenmacht erover gepasseerd kan zijn.
Indien men echter bij mobilisatie overgaat tot het aan het veld
leger toevoegen van het aanwezige (beperkt) voorbereide mate
rieel en er in slaagt daarvoor oogenblikkelijk een bruikbare orga
nisatie (personeel, transportmiddelen) te improviseeren, wordt de
toestand iets gunstiger en wordt beschikt over:
1. ruim 100 m. drijfzakkenbrug of drijfzakken voldoende voor
een veertigtal vlotten
2. 100 m. drumvlotbrug
3. een tweetal pontonveren o/instede hiervan een achttal pontons.
Voor overige overgangsmiddelen blijft men geheel op impro
visatie aangewezen, waarbij er de aandacht op wordt gevestigd,
dat - tenzij voor het kappen en verzamelen der materialen de
223