Beschouwen wij thans den overgang over een ondoorwaadbare rivier breed 100 m. met een stroomsnelheid in den stroomdraad van ruim 1 m. per seconde Snelvlotbruggen kunnen hier niet worden toegepast, zoodat men voor het eerste echelon uitsluitend op overzetmiddelen is aangewezen. Gaat men na hoeveel in één vaart met de aanwe zige pontons en drijfzakken, deze laatste tot vlotten a drie zakken vereenigd, maximaal kan worden overgezet, dan komt men tot het volgende resultaat 8 (pontons) X 30 240 man 39 (drijfzakvl.) X 7 273 of te zamen 513 man of een sterkte van drie compagnieën In fanterie. Kiest men in totaal vier overgangsplaatsen, en daarbij op de eerste en tweede elk vier pontons en op de derde en vierde on derscheidenlijk 20 en 19 drijfzakkenvlotten, dan kunnen bij de eerste vaart gelijktijdig 2 secties, 2 secties, 2'/2 sectie en 2'/2 sectie worden overgebracht. Uit de berekening blijkt dat al het beschikbare materieel onmiddellijk is ingezet en dus geen reserve materieel aanwezig is, zoodat bij intrede van materieelverlies de overzetplaatsen al spoedig twee aan twee moeten worden samen getrokken, hetgeen als minder gunstig dient te worden aangemerkt. Voor het bemannen (sturen en roeien) der pontons en der drijf zakkenvlotten zijn noodig 8 X 6 39 X 3 165 pioniers, zoodat indien men rekent op een zelfde sterkte voor aflossing voor het in de vaart houden der voornoemde overzetmiddelen reeds l3/4 compagnie pioniers in beslag wordt genomen, daar de Java Infanterie voor dit werk geen voldoende getrainde menschen heeft en zij bovendien voor andere doeleinden hard noodig zijn. Bij 50 °/o materieelverlies, hetwelk door het ontbreken van reservematerieel niet is aan te vullen, wordt de overzetcapaciteit mede als gevolg van de vermindering van het drijfvermogen der drijfzakken al spoedig teruggebracht tot 1 al'/2 compagnie. De theoretische vaartduur voor de eerste vaart stellende op 12 minuten (inclusief te water brengen) en voorts aannemende dat materieelverliezen gedurende de eerste uren zeer gering blijven en geen tijd verloren gaat door samentrekken der overgangs plaatsen, zou het verloop van het overzetten van het eerste echelon als volgt kunnen zijn le vaart 3 Cieën Infaankomst U 8 min. 2e 2 U 21 1 pel. mitr. 3e Ci(T mitr. U 35 1 pel. I 229

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 37