Het behoeft wel geen betoog, dat naast de 3 behandelde voor beelden nog tal van andere combinaties mogelijk zijn. Wij hebben getracht aan te geven het o.i. vermoedelijk meest voorkomende geval (A) en de 2 uitersten, waarbij zoo min mogelijk (B) en waarbij zooveel mogelijk (C) munitie wordt medegenomen. De in elk geval weer anders zijnde tactische en terreinsomtandig- heden zullen den doorslag moeten geven. Voorts moge uit deze voorbeelden gebleken zijn a. Dat het uitgeven van de munitie vrij veel tijd in beslag zal nemen. Hoeveel tijd hiervoor benoodigd is, kan slechts door proeven worden vastgesteld wij schatten dat bij een goede geoefendheid van de cie., waarbij een ieder dus precies weet wat hem te doen staat, hiervoor toch minstens l/2 uur noodig zal zijn, waarmede dus bij de bevelsuilgifte terdege rekening gehouden dient te worden. b. Dat wij het aannemen van de gevechtsbepakking vastgekop peld hebben aan het uitgeven van de munitie. Dit toch lijkt ons het meest aan te bevelen om de volgende redenen. Geeft men munitie uit zonder dat de veldzakken worden achter gelaten, dan wordt in de eerste plaats het mede te voeren gewicht te groot (bij de km. brigades is dit zelfs onmogelijk), doch in de tweede plaats moeten de veldzakken dan toch. later ergens op het gevechtsveld achtergelaten worden en wij betwijfelen of de troep ze dan ooit terug zal zien (bo vendien is dan het personeel der km. brigades, wier veld zakken immers wel op de karren geladen worden bij het uitreiken van de munitieransels, in gunstiger omstandigheden dan het personeel der k. brigades, hetgeen niet billijk is). Neemt men de gevechtsbepakking aan zonder munitie uit te geven, dan moet voor het vervoer en de bewaking dezer artikelen afzonderlijk personeel worden uitgetrokken, welk personeel in mindering komt van de gevechtssterkte der onderdeelen. c. Dat bij de 3 behandelde voorbeelden door de cieën. telken male alle munitieransels, alle k. munitie en alle handgra naten werden uitgegeven. Wanneer als beginsel zou worden aangenomen, dat zulks steeds geschiedt bij het uitgeven van de munitie, dan zou dit tot „schablone" gemaakt kunnen worden, waarvoor dan het bevel: „munitie uitgeven" vol doende zou zijn, zoodat alleen nog overdacht behoeft te worden wat met de overige km. munitie moet geschieden. Wij zouden zelfs nog verder willen gaan en een gemiddeld geval geheel als „schablone" willen aannemen, want als men eens nagaat, wat een bat. Cdt. bij de ontplooiing of ontwik keling van zijn bataljon al niet te regelen heeft, dan is het duidelijk, dat iedere verlichting van deze taak als een welkome bate moet worden aanvaard. Als gemiddeld geval zouden 244

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 52