Maar alvorens hierop door te gaan moet er eerst iets worden rechtgezet. In onze beschouwingen zouden wij het alleen hebben over het „militaire rijden". Accoord, maar dit moet ge dan ook consequent doorvoeren. Dit hebt ge echter niet gedaan ten op zichte van de Fransche rijmethode. Telkens hebt ge U hierbij laten verleiden het gebied der „Hoogere Rijkunst" te betreden. Om te beginnen vangt ge een uwer artikelen demonstratief aan met de uitspraak van een Russisch generaal over een uitvoering van het „Cadre Noir" van de rijschool te Saumur. De uitvoeringen van het „Cadre Noir" hebben niets uit te staan met de rijkunstige opleiding der leerlingen. Laat ik U dan even opsommen waaruit deze rijkunstige opleiding bestaat. 1. Het africhten van een remontepaard. 2. Het springen en terreinrijden. 3. Het rijden van schoolpaarden. Hieronder moet ge vooral niet verstaan het beoefenen van de Hoogere Rijkunst. Een schoolpaard is een paard, dat in de manege zoo zuiver mogelijk is afgericht als militair paard. Op en van deze paarden nu leeren de leerlingen de verschillende hulpen zoo zuiver mo gelijk toepassen. Hoe ver gegaan wordt met de africhting van het jonge paard zal ik U straks vertellen bij het terugkomen op ons gehouden ge sprek. De Hoogere Rijkunst wordt aan de leerlingen niet onderwezen. Deze schoone kunst wordt uitsluitend beoefend door de Ecuyers het z.g.n. „Cadre Noir" en alleen om een oude traditie van de Fransche rijschool in eere te houden. Hierop wijst ook hun schitterende uniform uit lang vervlogen tijden. Ik zeide zooeven volkomen in te stemmen met de grondbegin selen van Caprilli. Ook bij ons zocht men een 30 jaar terug naar een vereenvou digde africhting van het jonge paard. Ook bij ons vond het terrein rijden meer en meer ingang. De zit werd langzamerhand gewijzigd. De z. g. n. vorkzit met zoolang mogelijke beugels maakte plaats voor een gemakkelijker houding. De dijen kregen van een verticalen stand een meer horizontale. Met de platte zijde van het dijbeen tegen het zweetblad aan en de zitknobbels in het zadel met ge heel ontspannen spieren van het zitvlak heeft men een rustigen, soepelen, vasten zit gekregen. Alleen in versnelde gangen wordt bij ons de zit verlicht. Over den zit bij het springen willen we het nu niet hebben. In den zit is dus het kenmerkende verschil gelegen tusschen uw methode en de onze. Dit is naar mijn meening het gevolg van het feit, dat bij uw methode van rijden en africhten der paarden meer het oog gericht is op het terreinrijden dan bij ons. N. o.m. toch 273

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 81