Bijlage 2. Schets van de slagorde van den KREEFT. VERKLARING. Onderstaande teekening is overgenomen uit den platenatlas, behoorende bij het boekwerk van RAFFLES: History of Java. Aangeteekend wordt, dat de door RAFFLES vervaardigde teekening met bijbehoorende verklaring betrekking heeft op een speciaal geval uit den MATARAM-Oorlog. Hierdoor zijn de eigen namen en titels uit het MANGKOEN EGARASCHE HUIS te verklaren. De in de figuur voorkomende cijfers geven de plaatsen aan van de verschillende, in deze slagorde gegroepeerde bevelhebbers en troepen. De namen van deze personen en troepen zijn de volgende 1Mantri's ondergeschikte ambtenaren. 2. Senapati legerhoofd, opperbevelhebber. Prinsen en bloedverwanten van den vorst. De vorst. Pangeran Adipati kroonprins. Pini Sepoeh de oudsten aan het hof. 3. Mantri's van den vorst. Boepati Mangkoenegara Wedana kiwa 7. Boepati Boemi bijzondere regententitel. 8. Wedana tengen letterlijk: rechter bevelhebber, dus m.a.w.: de commandant van den rechtervleugel „Wedana" in algemeenen zin is een hoofd ambtenaar aan het hof van den vorst. Het is tevens een afkorting van het woord „Prangwedana". hetgeen een minderjarigheidstitel is van den Prins van Mang koenegara. 12. Mantri KATANG GOENG regent van MANGKOENEGARA. als onder 8. Het „tengen" en „kiwa", rechts en links, heeft betrekking op den vleugel, welke door deze krijgslieden werd gecommandeerd. mantri's van den KATANG GOENG (eigennaam). 13. Majeganvermoedelijk het latere woord „magang", afkomstig van „pegang"; in deze beteekenis te vertalen met „volontairs". 14. Pradjoerit of troepen van den Senapati. (zie hiervoren onder 2). 15. Pradjoerit of lijfwacht van den vorst en den kroonprins. (pradjoerit Inlandsch soldaat.)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 107