Met deze voorbeelden kunnen we volstaan. Het blijkt dat men niet
als gemiddelde mag aannemenéén wagon levensmiddelen per
trein, omdat voor sommige onderdeelen 2 wagons noodig zijn in
verband met mee te voeren volumineuze artikelen als brandhout
en hooi, terwijl andere onderdeelen geen afzonderlijken wagon
voor levensmiddelen enz. behoeven. Op analoge wijze moet door
den verplegingsdienst voor eiken trein een dergelijke berekening
worden gemaakt, teneinde in staat te zijn daags voor het inladen
ieder onderdeel van het noodige te voorzien. Deze levensmidde
len enz. zijn bestemd om onderweg verbruikt te worden. Er moet
dus een niet te groot surplus worden berekend, aangezien de on
derdeelen na het ontladen wegens gebrek aan transportmiddelen
niet in staat zijn het restant mede te voeren. Een eventueel res
tant is dan ook te beschouwen als verloren.
Met de samenstelling der treinen dient rekening te worden ge
houden met het aantal wagons dat noodig is voor het vervoer
der levensmiddelen, paardenvoer en brandhout.
ad 2de. Voor de berekening van de hoeveelheden levensmidde
len, paardenvoer en brandstof die als „uitlaadrantsoen" in trein 4
naar Modjokerto worden vervoerd hebben wij als grondslag noo
dig de totale sterkte aan menschen en paarden der geheele 1 Div.
368
ARTIKELEN
Hoeveelheid
Gewicht
Aan-
in KG.
teekeningen
Trein No. 25. 2 reisdagen
Sterkte: 251 man, 61 Austr, Paarden, 96 Troepen P., 38 Inh. Trein P.
Afgerond260
65
a.
Voor menschen
Bruine boonen
Soepgroenten in blik
Aardappelen
Krentenbrood
Boter
Rijst
Oec. sambal
Gec. rundvleesch
Sajoergroenten in blik
Hutspot
Rundvet
Klapperolie
Ingrediënten
Brandhout
b. Voor paarden
Hooi
Gaba
100
2.6X12 K. G.
2.6 X 2 6 bl.
2.6X8K.G.
260 stuks
2.6X4=11 bl.
2.6 X 53 K. G.
2.6 X 1 3 bl.
2.6X39 102 bl.
2.6 X 1 3 bl.
260 bl.
2.6 X 2 5 pak.
2.6X5= 13 L.
2.6 X 5 pk 13 pk.
Totaal
2.6 X 1 2.6 M3
65X12+ 100X 10 40X8
65 X 6+ 100X 4X40X2
40
31
4
21
65
7
138
1
102
2
260
2.5
13
45
691.5
2100
870
Noodig
1 V2 wagon.