het keukenpersoneel op de hoogte is van de door den treincom- mandant gegeven orders omtrent het tijdstip waarop de maaltijden moeten worden genutttigd. Hij regelt de distributie der maaltijden en zorgt dat ontbijt en middag maal voor den volgenden dag tijdig worden gereedgemaakt. Zooals reeds werd opgemerkt, wenschen wij den avondmaaltijd op zoodanig tijdstip te verstrekken dat deze warm en niet in den trein, kan worden genuttigd. Daarvoor achten wij een rust van 1 uur noodzakelijk (hiervan neemt de distributie al een groot deel in beslag). Voorts nemen wij aan dat z. m. troepen die vóór 8 n. m. hun overnachtingsplaats bereiken, en dien dag dus niet meer behoeven te reizen, den avondmaaltijd in die over nachtingsplaats na aankomst van den trein nuttigen. Dat neemt niet weg dat in vele gevallen toch tijdens de reis zal moeten worden gekookt, wil men voorkomen, dat na aankomst nog te lang op het eten moet worden gewacht. Troepen die hun overnachtingsplaats eerst in den laten avond bereiken, zullen den maaltijd gedurende een daartoe uitgetrokken „eet-rust" op een tusschenstation moeten gebruiken. Het keuken- personeel moet dus op de hoogte zijn van het tijdstip waarop en de plaats waar gegeten zal worden, teneinde tijdig te voren, doch niet te vroeg, met het bereiden van den maaltijd te beginnen. Deze moet precies op tijd gereed zijn, aangezien anders de bedoeling der rust voor een groot deel verloren gaat, en kans op stagnatie bestaat. Daar het niet mogelijk is de benoodigde levens middelen en het brandhout tijdens de reis uit de levensmiddelen wagon over te laden op den keukenwagen, moet dit dus vóór den aanvang de reis geschieden, waarbij er tevens aan moet worden gedacht een hoeveelheid water voor wasschen en koken bij de hand te hebben. Ook het paardenvoer moet tijdig uit de levensmiddelenwagon in de paardenwagens worden overgeladen. De distributie der maaltijden baart aan troepen die op hun overnachtingsstation eten weinig zorg. Men heeft daar geen haast, aangezien niet verder gereisd wordt. Bij troepen die onderweg gedurende een eetrust moeten worden voorzien zal de treincommandant een afdoende regeling moeten treffen, opdat geen verwarring ontsta en de uitgifte vlot en geregeld kan verloopen. Ontbijt en middagmaal voor den volgenden reisdag worden gedurende de groote rust ('s nachts) bereid en vóór het vertrek uitgegeven. Het middagmaal moet dus gedurende de reis, koud, worden gegeten, hetgeen ons voor één, hoogstens twee dagen geen bezwaar lijkt. Er behoeft dan geen tweede maal onderweg te worden gekookt, terwijl geen tweede „eetrust" noodig is. Wij zullen nu aan de hand van de graphiek nagaan welke rusten zich leenen voor het nuttigen van een avondmaaltijd en 371

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1933 | | pagina 75